Helge Bonset & Tanja Janssen · 2de Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 1987 · pagina 9
Helge Bonset en Tanja Janssen (9.45 u. - R124)
Empirisch onderzoek naar het voortgezet moedertaalonderwijs in Nederland
Onze bijdrage is gebaseerd op een door ons uitgevoerde literatuurstudie
naar het empirisch onderzoek van het voortgezet moedertaalonderwijs dat in Nederland is verricht tussen 1969 en 1987. Wij hebben het bewuste onderzoek geïnventariseerd, tendenzen en hiaten erin aangewezen, en op grond hiervan aanbevelingen gedaan t.a.v. toekomstig onderzoek en leerplanontwikkelwerk (Janssen en Bonset 1987).
In onze bijdrage gaan we allereerst in op de vraag welke gerichtheid
het door ons geinventariseerde onderzoek vertoont op een aantal punten : naar welke gebieden van het vak Nederlands en naar welk type doelstellingen is het meeste onderzoek gedaan, en met welke doelen en in welke vormen is dat onderzoek meestal opgezet ?
Vervolgens gaan we in op de vraag wat het door ons geïnventariseerde onderzoek ons leert. Er blijken aanzienlijke discrepanties te bestaan tussen datgene wat deskundigen, leraren, en andere bij het onderwijs Nederlands betrokkenen wenselijk achten, en datgene wat leraren Nederlands feitelijk onderwijzen. Mét het Nijmeegse. Werkverband Onderzoek Moedertaalonderwijs (WOM) duiden wij dit aan als een kloof tussen retoriek en praktijk. Deze kloof valt te konstateren op de gebieden van het communicatieve of functionele taalvaardigheidsonderwijs, het (moderne) taalbeschouwingsonderwijs, en het (Ieerlinggerichte) literatuuronderwijs. Wij zullen e.e.a. adstrueren met konkrete voorbeelden uit het door ons geinventariseerde onderzoek.
Tenslotte gaan we na welk toekomstig onderzoek de bovenbeschreven kloof
het best zou kunnen helpen dichten. Wij opteren daarbij voor konstruerend/ ontwikkelend onderzoek dat goed rekening houdt met aanwezige empirische =onderzoeksgegevens m.b.t. retoriek en praktijk van het onderwijs Nederlands, en waarin de deskundigheden van onderzoekers, leerplanontwikkelaars, en leraren vertegenwoordigd zijn. Onze inventarisatie levert niet meer dan 4 empirische onderzoeken op tussen 1969 en 1987 die als konstruerend zijn aan te duiden ; 2 daarvan bespreken we wat nader in het licht van onze kriteria voor konstruerend onderzoek.