CombiList Team Training voor leerkrachten

Akke de Blauw & Resi Damhuis  ·  19de Conferentie Het Schoolvak Nederlands  ·  2005  ·  pagina 1 - 11

COMBILIST TEAM TRAINING VOOR LEERKRACHTEN Akke de Blauw en Resi Damhuis

Inleiding

Taalontwikkeling stimuleren is een vak. Kinderen ontwikkelen hun taalvaardigheid in interactie. Concreet betekent dit: in gesprekken. In gesprekken informeren we elkaar, denken we over dingen na, doen we ontdekkingen, leggen we verbanden, voeren we overleg. Naarmate kinderen actiever aan gesprekken deelnemen, verloopt hun taalontwikkeling beter. In het onderwijs zijn kinderen echter lang niet altijd actief betrokken in gesprekken. Hoe zorg je er als onderwijsgevende voor dat kinderen vaker en actiever in gesprek komen? Een training leerkrachtinteractievaardigheden ter stimulering van taalontwikkeling is de focus van deze bijdrage.

1 Aandacht voor mondelinge taal: vanaf voorschools de basisschool door

Stimulering van mondelinge taalontwikkeling bij jonge kinderen thuis en in de voor-en vroegschoolse periode is vanzelfsprekend. Maar hoe noodzakelijk is aandacht voor mondelinge communicatie als leerlingen eenmaal in de midden- en bovenbouw aangeland zijn en vlot kunnen lezen? Ook daar is die nodig, volgens ons, voor de mondelinge taalontwikkeling op zich èn ter ondersteuning van andere vakken.

Er zijn veel argumenten om in alle bouwen van het basisonderwijs aandacht te besteden aan mondelinge taalvaardigheid (zie ook NSSLC 2001; Snow e.a. 1998).

  • Mondelinge taalvaardigheid is belangrijk zowel op school als in de maatschappij. Kinderen die onder woorden kunnen brengen wat zij weten, die een goed gesprek kunnen voeren, kunnen beurtnemen in een discussie en zich kunnen presenteren voor een groep, hebben op school en in de samenleving een duidelijke voorsprong. Op school worden kinderen beoordeeld op wat ze zeggen en hoe ze het zeggen.

  • Mondelinge taalvaardigheid is de basis voor lezen en schrijven.

Om goed te kunnen lezen en schrijven – een spilfunctie voor schoolsucces en slagen in de maatschappij - moeten kinderen een solide mondelinge basistaalvaardigheid hebben. Al converserend komen kinderen achter de betekenis van woorden en uitdrukkingen en leren ze die gebruiken. Het zijn deze woorden die een brug vormen naar het begrijpen van teksten en naar het schrijven om te communiceren.

  • Mondelinge taalvaardigheid laat kinderen nadenken.

Kinderen ontwikkelen kennis over dingen, gebeurtenissen, mensen en ideeën die alles bij elkaar genomen hun wereld vormen. Deze kennis ontwikkelen ze door hardop te denken, vragen te stellen, naar anderen te luisteren, dingen te bespre-

CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis I 1

ken. En door met anderen samen te werken, iets te ondernemen en problemen op te lossen. Praten brengt kinderen in contact met woorden en voorziet ze van informatie die ze nodig hebben om van boeken te genieten en teksten te begrijpen. Dit geldt voor zowel fictie als non-fictie. Denk aan alle vakken die zij op school tegenkomen inclusief rekenen, zaakvakken, geschiedenis, taal en geletterdheid.

Aan deze argumenten ontlenen we de volgende stellingen: 1

. Mondelinge taalontwikkeling moet gedurende de gehele basisschoolperiode gestimuleerd worden.

De ontwikkeling van alle mondelinge vaardigheden is nog lang niet voltooid als kinderen rond hun achtste jaar toegang hebben gekregen tot schriftelijke taal. Hun alledaagse mondelinge vaardigheid wordt gaandeweg de basisschool uitgebreid met taal voor meer 'schoolse' doeleinden, taal die steeds sterker verbonden is met denken en los staat van het hier en nu. Voor schoolse taalvaardigheid geldt ook dat mondeling taalgebruik de voorloper is van schriftelijk en dat mondelinge communicatie de verwerving van schriftelijke componenten kan vergemakkelijken.

2. Er is te weinig ruimte voor mondelinge taal in hogere groepen van de basisschool. Vanaf groep 3 bestaat het taalonderwijs op de basisschool steeds meer uit schriftelijke activiteiten. Met name begrijpend lezen neemt een prominente plek in. Nu is begrijpend lezen een essentiële vaardigheid om informatie te kunnen verwerken, maar in de praktijk blijft er weinig ruimte over voor mondelinge vaardigheden. Terwijl die toch de basis vormen voor schriftelijke. Tè weinig ruimte, als je kijkt naar wat leerlingen uiteindelijk allemaal mondeling moeten kunnen. Mondelinge taal verdient daarom gedurende de gehele basisschoolperiode expliciete aandacht. Niet alleen in de voor- en vroegschoolse periode.

2 Taalproductie en het taalleermechanisme

Niet alle interactie met kinderen is automatisch gunstig voor taalontwikkeling. Interacties zijn gunstig als kinderen pratend taalvaardigheid kunnen ontwikkelen. Dit gebeurt in gesprekken waarin kinderen passend taalaanbod en adequate feedback krijgen van volwassenen, maar ook uitgebreid zelf kunnen praten. Waar taalproductie centraal staat, dus. Alleen wanneer je zelf aan het woord bent, let je op hoe je praat: uitspraak, woorden, woordvormen, zinsbouw, tekstbouw, taalgebruik en gespreksvaardigheid. Dat gebeurt bewust of onbewust, maar dat 'opletten' is nodig om uit de taal om je heen op te pikken wat je nog niet wist. Denk maar eens aan je eigen (volwassen) ervaringen in een vreemde taal. Wanneer kinderen uitgebreid gelegenheid krijgen om te praten en vooral als ze op eigen initiatief praten, gaat er iets in werking dat we het `taalleermechanisme' noemen: zie figuur 1. Zelf praten leidt via dit taalleermechanisme niet alleen tot vlotter uit je woorden komen, maar ook tot uitbreiding van taalkennis. Kortom taalverwerving. Gesprekken waarin dit gebeurt, noemen we taalverwervingsgerichte gesprekken of ook wel kortweg 'goede' gesprekken.

2 I CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis

Taalleermechanisme

de leerling praat uitgebreid en op eigen initiatief
de leerling gebruikt zo creatief en actief mogelijk zijn kennis van de taal

T

hij merkt dat hij iets nog niet precies weet

T

hij gaat op de taalelementen letten in de taal die hij om zich heen hoort

T

zo ontdekt hij wat hij nog niet wist
en krijgt dus nieuwe kennis van de taal

Figuur 1: Het taalleermechanisme: taalproductie levert nieuwe taalkennis op (Damhuis Litjens 2003, p. 24)

3 Geschikte activiteiten voor taalontwikkeling

Hoe kun je als leidster of leerkracht zorgen dat kinderen vaker in die goede gesprekken betrokken zijn? Dat kan langs twee wegen. Door geschikte werkvormen voor taalontwikkeling te kiezen én door andere werkvormen voor taalverwerving geschikt te maken.

1. Activiteiten uitvoeren die bij uitstek geschikt zijn om goede gesprekken uit te lokken.

Een van de activiteiten die geschikt zijn voor taalontwikkeling is Interactie in de kleine kring (Damhuis & Litjens 2003, deel 3). Een andere werkwijze voor de stimulering van taalontwikkeling is Gesprekken om te leren (deel 4 in Damhuis & Litjens 2003). Kennisdoelen en taaldoelen gaan in deze activiteit hand in hand. In leergesprekken worden uitwisselingsfasen aangebracht: fasen waarin leerlingen uitgebreid hun bijdragen kunnen leveren aan het gesprek. Klassikale gespreksactiviteiten worden taalverwervingsgerichter door ze te combineren met tweetalgesprekken. In een klassikaal gesprek is er per leerling maar weinig gelegenheid voor actieve bijdragen. Door het organiseren van tweetalgesprekken zijn alle kinderen tegelijkertijd actief aan het praten en luisteren.

Voorbeeld: Een aardbeving in mijn straat!

Leerlingen in de midden- en bovenbouw zijn al een poosje bezig met het thema natuurrampen. Ze hebben onder andere informatie gezocht over aardbevingen. Als leerkracht begin je een interactief leergesprek met deze bewering: Ik droomde vannacht dat er bij mij in de straat een aardbeving was! Je laat de leerlingen daar eerst zo op reageren: een uitwisselingsfase. Dan geef je hen een tweetalopdracht: Kan het wel of niet, die aardbeving in mijn straat?. En waarom dan wel of niet? De kinderen maken aantekeningen van hun argumenten in een lijstje met twee kolommen: 'wel' en 'niet'. Vervolgens bespreek je wat de tweetallen voor argumenten hebben bedacht en zorg je dat de leerlingen samen tot meer

CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis 13

inzicht en kennis komen: waar vinden aardbevingen plaats en waarom juist daar? Je inventariseert alle argumenten op een grote flap, met die twee kolommen. En je bespreekt met de kinderen van welke argumenten ze zeker zijn en welke nog gecontroleerd moeten worden. Dat is dan een vervolgactiviteit voor de leerlingen. (Uit: Segers, Damhuis & Droop 2006.)

2. Een tweede weg om kinderen vaker in goede gesprekken te betrekken, is verandering aanbrengen in de activiteiten die een leerkracht in de groep toch al uitvoert. In heel veel activiteiten in het onderwijs zouden leerkrachten meer gelegenheid tot interactie kunnen scheppen. Wanneer het lukt gesprekken bínnen die activiteiten taalverwervingsgerichter te maken, wordt kinderen meer kansen geboden voor taalontwikkeling. Voor hoe leerkrachten en leidsters dit aan kunnen pakken hebben we een handreiking ontwikkeld: CombiList.

4 CombiList: handreiking voor taalontwikkeling via interactie

Om te kunnen zorgen voor goede gesprekken, moeten beroepskrachten (leren) reflecteren op het gedrag van kinderen in gesprekken en op hun eigen interactiegedrag. Daartoe is de handreiking ontwikkeld: CombiList, een instrument voor taalontwikkeling via interactie (Damhuis, de Blauw & Brandenbarg 2004a). List staat voor Leerkrachtlnteractievaardigheden voor de Stimulering van Taalverwerving. Combi verwijst naar de combineerbaarheid met alle mogelijke didactische aanpakken, c.q. methodes. CombiList richt de aandacht op vijf elementen die van belang zijn willen kinderen profiteren van gesprekken voor hun taalontwikkeling.

  1. Een veilig klimaat. Kinderen communiceren als de omgeving (de mensen en de situatie) bekend, vertrouwd en stimulerend is.

  2. Taalaanbod. Taalverwervende kinderen hebben aanbod en ondersteuning nodig om uit hun woorden te komen. Volwassen taalgebruikers laten kinderen horen hoe je iets onder woorden brengt. Ze geven ongemerkt en al converserend voorbeelden die de taalverwervers kunnen overnemen.

  3. Kinderen ruimte bieden voor inbreng in het gesprek. Kinderen die taal leren hebben oefening nodig en vooral ook de gelegenheid om te proberen zoveel mogelijk zelf hun intenties te verwoorden.

  4. Inhoudelijk aansluiten. Gesprekken duren langer en zijn leerzamer voor taalverwervende kinderen als de volwassen taalgebruiker zich begrijpend en stimulerend opstelt en als de volwassene doorgaat op wat het kind aandraagt.

  5. Feedback. Taalverwervers moeten weten of wat zij zeggen juist is. Bij voorkeur geven volwassen taalgebruikers impliciete correctie op wat kinderen zeggen en hoe ze het zeggen.

CombiList is een checklist en tegelijk observatielijst die is opgebouwd uit de volgende categorieën: (1) voorwaarden voor een gesprek, (2) taalaanbod en communicatie, (3) ruimte scheppen voor actieve deelname, (4) kwaliteit van de inhoud stimuleren en (5) feedback. Deze categorieën zijn uitgewerkt in concrete gedragingen in het gesprek

4 I CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis

van kinderen en van onderwijsgevenden. Er worden zestien gedragingen waarmee kinderen in een gesprek hun taal kunnen ontwikkelen gekoppeld aan zestien gedragingen van de volwassene die taalontwikkeling bevorderen. Zo ontstaan er twee gekoppelde lijsten, de kind-lijst en de leidster/leerkracht-lijst. Deze gedragingen zijn verwerkt tot een Checklist voor onderwijsgevenden.

In de onderwijspraktijk is vooral aandacht nodig voor categorieën 3 en 4, die met de taalproductie van kinderen te maken hebben. Daar geven we een paar voorbeelden van.

 

Enkele onderdelen uit de CombiList-Checklist: de koppeling van items

Deel A: Het taalverwervende kind

Deel B: Leidster/leerkracht stimu-

leert taalverwerving

3. Neemt actief deel aan het gesprek

3. Ruimte scheppen voor actieve deel-

name aan het gesprek

a. neemt de gelegenheid te baat om

zelf iets te zeggen

e. geeft uitgebreide antwoorden op

a. ik laat stiltes vallen

e. ik stel zonodig open en uitnodi-

mijn open vragen

gende vragen

4. Draagt inhoudelijk bij aan het

4. Kwaliteit van de inhoud stimule-

gesprek

ren

a. gaat door met het uiten en ver-

a. gaat door op de inhoud van wat

woorden van intenties

het kind zegt

d. gaat door op de aangereikte

d. breidt inbreng van het kind inhou-

inhoud

delij k uit

Met behulp van de Checklist kunnen leerkrachten direct zien op welke punten zij hun eigen gedrag kunnen veranderen teneinde kinderen meer kansen voor taalontwikkeling te bieden.

De Checklist is een zelfevaluatielijst voor leidsters en leerkrachten. Hij bevat een selectie van leerkracht-interactievaardigheden. Uit een eerdere lijst van veertig vaardigheden (Damhuis e.a. 2001) zijn die vaardigheden gekozen die ten eerste het sterkste de interactie kunnen ombuigen naar taalverwervingsgerichte gesprekken en ten tweede het meest vernieuwend zijn voor de onderwijspraktijk. Om die redenen krijgen vaardigheden die met name taalproductie van kinderen stimuleren, veel aandacht. Dit zijn de categorieën 'ruimte scheppen' en 'inhoudelijke kwaliteit' die respectievelijk vijf en vier vaardigheden bevatten. De categorieën 'voorwaarden' en 'taalaanbod' bevatten elk twee onderdelen en 'feedback' heeft er drie. Dit zijn immers vaardigheden die al flink in het onderwijs zijn doorgedrongen.

CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis 15

De Checklist bevat niet alleen leerkrachtvaardigheden, maar is gekoppeld aan wenselijke kindgedragingen in gesprekken. Aan elke leerkrachtvaardigheid is een concreet gedrag van het kind gekoppeld. Een leerkracht kan zo meteen zien wat het kind er wel of niet door kan doen. Bovendien schakelt het direct naar de belanghebbende: het kind.

CombiList is niet als een set losse lijsten uitgegeven, maar als een boek. In de Checklist zijn de vaardigheden zo bondig mogelijk geformuleerd. Dat betekent dat gebruikers soms uitleg nodig hebben over wat er precies met een vaardigheid wordt bedoeld. Die uitleg staat in het boek: bij iedere vaardigheid is een praktische beschrijving gegeven, voorzien van voorbeelden en tips. Het boek is voor iedereen verkrijgbaar (www.lcowijzer.nl). Dit maakt kennismaking en gebruik ervan zo laagdrempelig mogelijk. Geïnteresseerde leerkrachten kunnen er zo zelf mee aan de slag gaan.

5 CombiList TeamTraining

CombiList als boek vormt een eerste stap in de ondersteuning van de praktijk. Een tweede stap is een training voor leidsters en leerkrachten. Leidsters en leerkrachten hebben vragen als: waar liggen kansen voor taalontwikkeling? Hoe krijg ik kinderen aan de praat? Het boek geeft daar weliswaar antwoorden op, maar beroepskrachten willen het graag horen en zien én doen, liefst samen met iemand die met hen meekijkt, bleek uit evaluaties van proefversies van de training.

Daarom is aansluitend op het boek een vaardigheidstraining ontwikkeld met de volgende scholingselementen (De Blauw & Damhuis 2006).

Leerkrachten en leidsters:

  • ervaren aan den lijve waar het om gaat;

  • zien waar het om gaat aan de hand van videobeelden en uitgeschreven voorbeelden;

  • oefenen met elkaar met behulp van spel, opdrachten en andere werkvormen;

  • lezen als praktijkopdracht relevante achtergrondinformatie;

  • oefenen op de werkvloer en ontvangen coaching;

  • reflecteren op videobeelden van de eigen praktijk en wisselen ervaringen uit.

De training is gericht op bewustwording, opdoen van kennis en vergroten van vaardigheden. Op weten en kunnen. Naast en tussen trainingsbijeenkomsten in zijn er oefenperiodes op de werkvloer gekoppeld aan coaching. Leidsters en leerkrachten leren vaardigheden zelf toe te passen. Ze oefenen gericht in hun eigen praktijk met behulp van een oefenplan, krijgen daar ondersteuning bij en bovendien individuele coaching. Een onmisbaar hulpmiddel bij de training is de videocamera. Deelnemers maken opnames van gesprekken die ze met hun leerlingen voeren. Alleen door terug te kijken naar zo'n opname ziet de deelnemer wat er feitelijk gebeurt in het gesprek. Tijdens een gesprek waar je zelf bij betrokken bent, kun je niet tegelijkertijd ook nog op alle interactiegedragingen letten. Een video-opname maakt het mogelijk om te reflecteren op eigen interactiegedrag en de gedragingen van kinderen.

6 I CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis

Deelnemers stellen voor zichzelf een oefenplan op en leren werken met de checklists voor kindgedrag gekoppeld aan eigen gedrag. Deze oefening gaat gepaard met klasconsultaties en individuele feedback. Via coaching op de werkvloer krijgen deelnemers concrete, op hun dagelijkse praktijk en specifieke omstandigheden afgestemde, aanwijzingen voor veranderingen in hun interactiegedrag.

Het volgende voorbeeld illustreert hoe een leerkracht, zich bewust van haar interactiegedrag, probeert dit te veranderen. TOPS worden in de training gebruikt om aan te geven wat de leerkracht volgens CombiList toepast. TIPS geven aan waar of hoe zij een CombiList-vaardigheid nog zou kunnen verbeteren.

Voorbeeld: Zaklamp

Het begin:

Noortje is leerkracht in groep 1-2. Ze heeft bij haar eerste video-opname het volgende aangegeven: "De werkvorm is bedoeld om de kinderen veel aan het woord te laten, maar ik ben degene die nog steeds het meest aan het woord is..." Haar leerpunt:

Ze probeert nu in gesprekken minder gauw zelf een vraag te stellen, en kinderen te laten doorpraten, zonder meteen zelf de beurt weer te nemen. Op weg met veranderingen:

Noortje heeft in de 'woorddoos' een voorwerp verstopt. Ze nodigt de leerlingen uit te raden wat het is. Het is dit keer een zaklamp. Zakaria neemt dan initiatief om over zijn eigen zaklamp iets te zeggen.

Zakaria: Ik heb die hier.

Noortje: Je hebt hem meegenomen! Doet de jouwe het?

TOP: gaat in op inhoud; breidt inbreng van het kind inhoudelijk uit. TIP: ze had kunnen stoppen na 'je hebt hem meegenomen'; of ze had een meer open vraag kunnen stellen in plaats van een ja/nee-vraag.

Zakaria: Hij, de batterijen zijn op.

TOP: antwoord, ruimer dan ja/nee, omdat Noortje niet meteen inspringt. Z. gaat door met zijn intenties te verwoorden.

Noortje: O0000h. Net als bij deze.

TOP: luisterrespons + inhoudelijke uitbreiding in vorm van een bewering.

Zakaria: Hij ken ook open, maar de lamp is kapot.

TOP: initiatief gelegenheid dankzij bewering van N.; Z. neemt gelegenheid en gaat door met zijn intenties te verwoorden.

(Uit: Damhuis e.a. 2004b, p. 144)

CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis 17

6 Ervaringen uit eerste teamtrainingen CombiList

In 2005 is een eerste versie van de training bij een aantal peuterspeelzalen en onder-bouwgroepen basisonderwijs in Tilburg en Goirle uitgevoerd door begeleiders van de Stichting Onderwijsbegeleiding Midden-Brabant. Daarbij ondersteunden de auteurs de schoolbegeleiders in de vorm van coachingsbijeenkomsten. Evaluatie van de training in deze opzet leverde een aantal bijstellingen op. Onder andere van het oefenplan. Ook bleek de omschrijving van het concept van taalverwervingsgerichte gesprekken te moeten worden aangevuld, met het oog op peuters en meertalige kinderen die nog maar weinig Nederlands spreken. Feedback van de trainer en coaching op de werkvloer lijken noodzakelijke elementen. In deze proefsituatie waren daar geen mogelijkheden toe en bleef de training beperkt tot teambijeenkomsten. Bij de evaluatie bleek duidelijk dat hier behoefte aan was. Wat in deze eerste uitvoering ook duidelijk naar voren kwam, is de kracht van het werken met eigen video-opnames. Soms hebben leerkrachten aanvankelijk enige reserve om video-opnames van zichzelf te maken en te bespreken. Ze stellen zich daar immers kwetsbaar mee op. Maar in alle gevallen raakten ze enthousiast: vooral over de zichtbare veranderingen in de deelname van de kinderen aan de gesprekken als zij zelf zo'n interactievaardigheid meer toepasten (zie ook Damhuis e.a. 20046).

7 CombiList Trainer Opleiding

De CombiList Team Training is gericht op een specifieke selectie van interactievaardigheden en speciaal daarop afgestemde vormen van coaching. Trainers kunnen een CombiList Trainer Opleiding volgen waarmee ze zich kunnen certificeren. Kennisoverdracht maakt een klein deel uit van die opleiding, het grootste deel betreft vaardigheidstraining. Trainers zien veel opnames en bespreken die kritisch, en leren ook zelf interactievaardigheden toepassen en hun eigen interactiegedrag kritisch bekijken en bespreken. Ze leren hoe je leerkrachten in zo'n kwetsbaar traject feedback kunt geven op de uitvoering van gesprekken. Hiervoor bekijken ze veel verschillende uitvoeringen van gesprekken, reflecteren daarop en bespreken die met elkaar. De trainers worden zo zelf meegenomen in het traject van weten naar kunnen en leren daarmee hoe zij ondersteuning kunnen bieden aan onderwijsgevenden om van weten naar kunnen te komen. Er zijn vier bijeenkomsten van een hele dag, waar praktijkopdrachten aan worden verbonden. Na de eerste drie bijeenkomsten in het eerste jaar, voeren deelnemende trainers in het tweede jaar zelf een training uit met leidsters en/of leerkrachten, en zij verzorgen de bijbehorende coaching. Tijdens die 'proeftraining' worden de trainers-in-opleiding weer gecoacht door de opleiders. Trainers doen verslag van hun training en bespreken die met de opleiders. Het tweede jaar wordt afgesloten met een certificaat en een bijeenkomst van een dag.

8 I CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis

8 Perspectieven

In deze bijdrage kwam aan de orde waarom mondelinge taalvaardigheid en in het bijzonder het gesprek op school aandacht behoeft. Niet alleen aan het begin van het taalverwervingsproces maar ook nog in de midden- en bovenbouw van het basisonderwijs. Leerkrachten kunnen daaraan bijdragen door ruim baan te geven aan het taalverwervingsgerichte gesprek. De CombiList Team Training is daar een hulpmiddel bij.

Onze aandacht richt zich momenteel op de volgende ontwikkelingen.

  • CombiList Coach Opleiding. Naast teamtrainingen voor leerkrachten en leidsters en de opleiding voor trainers, zijn er plannen voor een CombiList Coach Opleiding gericht op taalcoördinatoren en interne begeleiders die nauw betrokken zijn bij de werkvloer en daarom uitstekend leerkrachten en leidsters kunnen ondersteunen en begeleiden.

  • Geïntegreerd taal-zaakvakonderwijs. In toenemende mate is er belangstelling voor de rol van mondelinge taal in het zaak-vakonderwijs in de midden- en bovenbouw, waarbij taalverwerving en kennisverwerving hand in hand gaan.

  • Taal bij techniekonderwijs. In het landelijk project Verbreding Techniek in het Basisonderwijs (VTB) wordt een verbinding gelegd tussen taal- en techniekonderwijs. In een van de deelprojecten hiervan wordt in het natuur&techniekonderwijs de interactiecomponent versterkt met behulp van CombiList: met taalverwervingsgerichte interacties in het natuur&techniekonderwijs worden zowel de kennis- als de taalontwikkeling gestimuleerd.

  • Onderzoek naar de effecten van CombiList Team Training op het interactiegedrag van leerkrachten en leidsters en de taalverwerving van kinderen. Tot op heden is er één kleinschalig (scriptie)onderzoek uitgevoerd (Jansen 2005). We hopen dit in de nabije toekomst te kunnen uitbreiden en verdiepen.

  • De lijn doortrekken naar het voortgezet onderwijs. Met de aandacht voor taalontwikkeling in relatie tot andere vakken in midden- en bovenbouw van het basisonderwijs komt ook het voortgezet onderwijs in zicht. Mogelijk kan CombiList of een variant ervan een bruikbaar instrument zijn voor taal- en kennisstimulering van leerlingen in het voortgezet onderwijs.

Dankwoord

Wij bedanken de leidsters en leerkrachten in Utrecht, Tilburg en Goirle die bereid waren ervaringen te delen met het veranderen van interactiegedrag; Nelleke Brandenbarg (Kaleidoscoop ontwikkelaar/trainer, NIZW Jeugd), die CombiList mede ontwikkelde; de schoolbegeleiders Jack Duerings, Emilie Groot en Ilse Papenburg (SOM, Tilburg/Waalwijk), die de ontwikkelde training beproefden en aanvulden; en uiteraard alle kinderen die ons lieten delen in hun taalontwikkeling. Dankzij Ineke van de Craats van de afdeling Taalwetenschap van de Radboud Universiteit (Nijmegen) konden wij als dagelijks begeleiders werken met scriptiestudente Christel Jansen: dus ook naar hen beiden gaat onze dank uit.

CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis 19

Informatie

Over de CombiList Team Training of de Opleiding: R.Damhuis@taalonderwijs.nl of a.deblauw@chello.nl

Over CombiList: www.ru.nl/en.

Bestellen via het Logistiek Centrum Onderwijs: www.lcowijzer.nl

Literatuur

Blauw, A. de & R. Damhuis (2006), CombiList Team Training; basismodel. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands. Interne publicatie.

Damhuis, R., Litjens, P, Bronkhorst, J., & H. Paus (2001), Aan de praat... Goede gesprekken in de klas. Cd-rom, MILE-Nederlands deel III. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands.

Damhuis, R., & P. Litjens (2003), Mondelinge Communicatie. Drie werkwijzen voor mondelinge taalontwikkeling. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands.

Damhuis, R., de Blauw, A. & N. Brandenbarg (2004a), CombiList, een instrument voor taalontwikkeling via interactie. Praktische vaardigheden voor leidsters en leerkrachten. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands.

Damhuis, R., de Blauw, A., & N. Brandenbarg (2004b), "Een goed gesprek: hoe interactievaardigheid van de beroepskracht bijdraagt aan mondelinge taalontwikkeling van jonge kinderen". In G.M. van der Aalsvoort (red.), Eén kind, één plan. Naar een betere afstemming van jeugdzorg en onderwijs voor jonge risicokinderen (p. 133-146). Leuven/Voorburg: Acco.

Jansen, C. (2005), Vertel eens... Een onderzoek naar de trainbaarheid van interactie-vaardigheden. Masterwerkstuk Taalwetenschap, Radboud Universiteit Nijmegen.

New Standards Speaking and Listening Committee (2001), Speaking é- Listening for preschool through third grade, National Center on Education and the Economy and the University of Pittsburgh.

Segers, E., Damhuis, R. & M. Droop (2006), Taal & zaakvakken met webquests. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands.

Snow, C.E., Burns, M.S. & P. Griffin (Eds.) (1998), Preventing Reading Difficulties in Young Children. Washington DC: National Academy Press.

10 I CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis

Noten

1 De eerste versie van deze training is ontwikkeld in het kader van het project Taallijn VVE van het Expertisecentrum Nederlands en SARDES. De training is inmiddels zo opgezet dat hij zelfstandig functioneert: voor peuterleidsters en voor leerkrachten in het hele basisonderwijs aansluitend bij iedere onderwijsaanpak.

CombiList Team Training voor leerkrachten - Akke de Blauw en Resi Damhuis 11

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
mondelinge taalvaardigheid
land
Nederland
onderwijstype
basisonderwijs
voorschools
thema
onderwijsleeractiviteiten
onderwijsleermateriaal
papier

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

19de Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2005