Poëzieproject 3e jaar

Mieke Vandenberghe  ·  8ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands  ·  1994  ·  pagina 195 - 198

Recognized HTML document

Poëzieproject 3e jaar

(Een poëzieproject voor de school, lezing 2)

Mieke Vandenberghe

Gedurende enkele weken wil ik leerlingen van 14 jaar 'onderdompelen' in poëzie. Mijn bedoeling is niet de technische kant van poëzie uit te leggen zoals rijmschema's, stijlfiguren en metrum... Dit lijkt mij meer aangegeven voor de hogere jaren. Ik wil leerlingen laten ervaren dat poëzie niet saai hoeft te zijn, dat poëzie meer is dan rijmpjes...

1 Doelstellingen

Leerlingen leren openstaan voor poëzie.

Leerlingen leren neuzen in poëziebundels.

Verschillende soorten poëzie leren kennen.

Creatief bezig zijn met poëzie : poëzie moet je lezen, beluisteren, zien, voelen...

2 Voorbereiding

De leerlingen krijgen in de loop van het schooljaar een aantal schrijfopdrachten :

Schrijf een gedicht op rijm naar analogie van het gedicht Allerschoenendag' van Pierre Kemp.

Impuls: Welke optochten kunnen we zoal verzinnen ?

Schrijf een gedicht zonder rijm naar het voorbeeld van Hedwig Verlindes 'Rendez-vous'.

Impuls: Met welke geboden en verboden word je thuis en op school geconfronteerd ?

De leerlingen krijgen een paar voorbeelden van typografisch expressionisme.

Allerschoenen

Ik houd een allerschoenendag, allerschoenen aan de voeten

en een bijzondere schoenenvlag zal daarbij wapperen moeten. De straten zijn vol van geluid,

Recognized HTML document

196   Mieke Vandenberghe

de schoenen lopen in en uit,

in groepen, soms in stoeten.

En oude schoenen heel alleen,

die weten soms niet meer waarheen. Daar zal de vlag voor groeten.

(Pierre Kemp) Rendez-vous

met gepast geld betalen

verboden te roken

verboden te spuwen

verboden naar buiten te leunen doorschuiven

niet duwen

uitstappen

verboden hier fietsen te plaatsen verboden te wateren

verboden te vissen

stilte

verboden te zwemmen

verboden vuilnis te storten honden en rijwielen verboden kinderen streng geweigerd verboden doorgang

hier oversteken

hier bellen

hier duwen

hier wachten

"hier ben ik... " (Hedwig Verlinde)

3 Opdrachten

In samenspraak met andere leerlingen wordt poëzie bijeengezocht rond een zelfgekozen thema (4 gedichten). Ik geef bewust zelf geen voorbeelden. Leerlingen kozen : liefde, natuur, dood...

Er wordt gepaste achtergrondmuziek gezocht bij één van de gedichten.

Een titel, een strofe of een heel gedicht wordt creatief uitgeschreven (typografische expr.)

Bij één van de gedichten wordt een drie-dimensioneel kunstwerk gemaakt. De leerlingen schrijven zelf een gedicht dat in het thema past.

Recognized HTML document

Poëzieproject 3e jaar   197

4 Praktische organisatie

Ik breng zelf een aantal poëziebundels mee : zowel Guido Gezelle als Pablo Neruda, Herman De Coninck, André Sollie..., alles kan. Ik spoor de leerlingen ertoe aan om zelf ook bundels of knipsels mee te brengen. Naarmate het project vordert, merk ik dat leerlingen zelf naar de bibliotheek stappen, op zoek naar geschikt materiaal.

De leerlingen vormen zelf groepjes van vier. Door ze zelf de groepjes te laten samenstellen, kunnen ze elkaars interesse gemakkelijker aanvoelen en is het enthousiasme groter om creatief te zijn.

Negen weken lang krijgen de leerlingen één uur in de week de tijd om aan de opdrachten te werken. De werkvolgorde is willekeurig.

Het project wordt afgesloten met een 'mini-happening'. Alle kunstwerken worden uitgestald. Het resultaat van het creatieve schrijven wordt uitgehangen. De leerlingen lezen hun gedicht expressief voor, met gepaste achtergrondmuziek. De leerlingen dienen een net, verzorgd bundeltje met 5 gedichten in.

5 Problemen

Hoe breng ik leerlingen het onderscheid tussen een poëzietekst en een bezinningstekst bij ? Zowel bij de keuze van de teksten als bij het schrijven van het eigen gedicht deed dit probleem zich voor. Schrijven = schrappen ?

Creatief schrijven is iets anders dan het maken van een rebus. Bij het eigen gedicht hangen leerlingen vaak vast aan rijm, wat m.i. beperkend kan werken.

Hoe evalueer je een zelfgeschreven gedicht ? In hoeverre mag ik leerlingen beïnvloeden tijdens het schrijven ?

6 Evaluatie

Tijdens de 'minihappening' krijgen de leerlingen de kans om hun mening over het project op flappen te uiten. Vragen daarbij zijn :

  • Welke opdracht deed je het liefst ? Waarom ?

  • Welke opdracht deed je het minst graag ? Waarom ?

  • Wat denk je over de duur van het project ?

  • Wat vind je van de afsluiting van het project?

  • Wat vond je moeilijk ?

  • Welke tips geef je zelf omtrent werken met poëzie ?

  • Is je mening over poëzie door dit project veranderd ? Hoezo ?

Recognized HTML document

198   Mieke Vandenberghe

De leerlingen zijn elk jaar heel enthousiast. De negen weken lijken haalbaar, net lang genoeg om de concentratie en de motivatie levendig te houden. De leerlingen waarderen het dat ze alle opdrachten in de klas kunnen uitvoeren, zodat ze thuis niet moeten samenkomen, wat altijd een hele praktische organisatie met zich meebrengt. Ze vinden de happening een leuk vooruitzicht om naartoe te werken.

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
literatuuronderwijs
land
Nederland
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

8ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 1994