Poëzie in woord en beeld

Lies Van Gasse  ·  27ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands  ·  2013  ·  pagina 208 - 210

Download artikel

ZEVENENTWINTIGSTE CONFERENTIE ONDERWIJS NEDERLANDS

Drie, J. Van & C. Van Boxtel (2008). “Historical reasoning”. In: Educational Psychology Review, vol. 20, nr. 2, p. 87-110.

Drie, J. Van & C. Van Boxtel (2011). “‘In Essence I’m Only Reflecting’. Teacher Strategies For Fostering Historical Reasoning In Whole Class Discussions”. In: International Journal of Historical Learning, Teaching and Research, vol. 10, nr. 1, p. 55-66.

Laan, N. (1997). Het belang van smaak. Amsterdam: Historisch seminarium van de Universiteit van Amsterdam.

Witte, T. (2008). Het oog van de meester. Delft: Eburon.

Zonneveld, P. van (red.). (2010). Max Havelaar. Multatuli. Amsterdam: Amsterdam University Press.

Ronde 6

Lies Van Gasse

Broederschool Biotechnische & Sport, Sint-Niklaas Contact: liesvangasse@gmail.com

Poëzie in woord en beeld

Lies Van Gasse geeft in deze workshop een korte schets van wat er beweegt en bewogen heeft in het poëzielandschap op het vlak van woord en beeld. Ze vertrekt hiervoor van de figuur van Marcel Broodthaers, een dichter die uit ongenoegen met de literaire wereld voor de beeldende kunst kiest. In 1964 pleistert hij een vijftigtal niet-verkochte exemplaren van zijn dichtbundel Pense-Béte in. Het resultaat is een object, opgebouwd uit boeken waarvan de inhoud onbekend blijft. De gedichten kunnen pas opnieuw worden gelezen als de sculptuur wordt vernietigd. In dit werk ligt de kern van zijn verdere oeuvre besloten. Een eerste terugkerend element is het onderzoek naar de relatie tussen taal en teken, tussen woord en afbeelding en tussen het reële object en zijn afbeelding. Broodthaers ‘worstelt’ met taal: hij leeft als Franstalige met een Vlaamse naam in een tweetalige stad, Brussel. De Belgische tweetaligheid is dikwijls de inspiratiebron voor zijn werk. Hij is bovendien bevriend met Magritte en is geïnteresseerd in het surrealisme.

Voor Broodthaers is de overstap van dichtkunst naar beeldende kunst geen breuk, maar slechts een uitbreiding van de mogelijkheden om zijn ideeën uit te drukken. Broodthaers gelooft niet in één bepaalde kunstvorm of in het unieke kunstwerk. Zijn werk is bijzonder interessant, aangezien hij visuele processen gebruikt om met zijn werk één groot gedicht te scheppen.

208

6. Literatuur

Iets gelijkaardigs doet de visuele dichter, Paul De Vree. Hij ontwikkelde zich vanaf 1950 tot modernist en avantgardist en publiceerde experimentele – later concrete (waaronder geëngageerde visuele) – poëzie, zoals bijvoorbeeld in Zimprovisaties (1968). Ook in latere bundels zoals Poezien (1971) en Poësia visiva (1975) wordt dit procedé aangewend. Van Gasse gaat in op zijn werk, maar gaat ook in op het werk van Helen White en Luc Fierens, twee hedendaagse visuele dichters en De Vree-adepten.

Vanuit al dit beeldende werk, kan poëzie op een speelsere wijze aangebracht en gelezen worden. Interessant is ook om leerlingen uit te dagen om deze procedés aan te wenden in hun eigen werk. Een eigentijds voorbeeld hiervan is het videogedicht ‘Vlucht’, een verwerking van de tekst van Maarten Inghels. Vervolgens zal Lies Van Gasse, aan de hand van haar eigen werk, bespreken hoe deze cross-over ook haar eigen werk beïnvloed heeft. Dichteres Lies Van Gasse is immers een randgeval: de flaptekst van Wenteling, haar intens bejubelde poëziebundel uit 2013, omschrijft haar als “dichter en beeldend kunstenaar” en sinds 2008 publiceerde ze onder meer twee graphic poems: ‘Sylvia’ en ‘Waterdicht’ (in samenwerking met Peter Theunynck). Het boek Hauser dat ze met dichteres Annemarie Estor maakte, heet “een avontuurlijk beeldverhaal” en “multimediaal epos”. En met de tweemansformatie Electric Sheep doet ze aan “sferische impro van klank, tekst en beeld”. In haar workshop gaat ze in op deze laatste twee projecten.

Hauserwas oorspronkelijk een correspondentieproject tussen Lies Van Gasse en collega-dichter Annemarie Estor en is intussen uitgegroeid tot een epos enerzijds, en formeel gezien een erg compleet multimediaal project anderzijds, waarin zowel woord, beeld en muziek als film aan bod komen. Het boek Hauser verscheen in september 2013 en wordt gecombineerd met een grote tentoonstelling in het AMVCLetterenhuis en met een blog op www.hausersgrens.blogspot.com.

Lies Van Gasse en Annemarie Estor werken sinds september 2009 aan het project Hauser. Ze lieten zich daarbij inspireren door de 19e-eeuwse Kaspar Hauser (1812- 1833) en noemden het personage naar hem. Hauser vertrekt op een dag uit een huis, sluit de deur en gaat de wereld in. Wie is hij? Wat wil hij? Waar gaat hij heen? In het begin verrasten ze elkaar elke week met een prentbriefkaart met daarop een nieuwe strofe in een klassieke versvorm. Naarmate het project vorderde, betrokken ze steeds meer samenwerkingspartners. Zo schreef Peter Mangel Schots – als vader – brieven aan Hauser, werkte Lana Cox aan een film over Deel 1, filmde Jess De Gruyter het filmpje ‘De laatste zet’ dat Deel 3 afsloot en begeleidde Michaël Vandebril Hauser als Aartsengel door het hiernamaals. Michaël Brijs schreef het personage ‘Halima’ uit, Joris Gerits versloeg de draak in Moriar.

Lies Van Gasse toont in de workshop stukken van het project en gaat in op de manier van werken en op de dynamiek van woord, beeld en toeval, wat ook in klasverband interessant kan werken.

6

209

ZEVENENTWINTIGSTE CONFERENTIE ONDERWIJS NEDERLANDS

Bij haar andere project, Electric Sheep (Han Swolfs, Michaël Brijs & Lies Van Gasse) staat de zoektocht naar de gemeenschappelijke componenten van poëzie, muziek en grafiek centraal. Tijdens hun optredens lossen woord, muziek en beeld elkaar af in een jazzachtige improvisatie. Er worden elementen uit de populaire muziekcultuur (elektronica, gitaarrock) gebruikt en gecombineerd met compositorische technieken uit de hedendaags klassieke muziek. De live tekeningen van Lies Van Gasse worden op een scherm, op de grond of op bruikbare stukken interieur geprojecteerd. De voorstellingen zijn tekstueel verankerd in de gedichten van Van Gasse, maar ook van Engelse en Franstalige gedichten uit de literaire canon. De rode draad doorheen de teksten is de donkere, symbolistische tendens waarvan E.A. Poe als grondlegger kan beschouwd worden. De aparte beeldspraak, ritme en emotie zette zich voort in het werk van vooral Franse dichters, zoals Baudelaire, Mallarmé, Apollinare en in het surrealisme. Het centrale thema van decadentisme, melancholie en de vervreemding van de moderne grootstad, gecombineerd met krachtige, vaak absurdistische beelden sluit aan bij het hedendaagse cultuurpessimisme, waarvan we echo’s vinden in de pop-cultuur en uiteindelijk ook in de poëzie van Lies Van Gasse.

De uniciteit van het project ligt in het intieme samengaan van drie disciplines. Anders dan in muziektheater, opera of animatie probeert Electric Sheep een nieuw genre uit te vinden met een eigen taal. De ene discipline dient niet om de andere te illustreren. Electric Sheep onderzoekt hoe muzikale, tekstuele en visuele compositie elkaar wederzijds kunnen beïnvloeden en versterken en bevraagt de “onzichtbare” principes die de verschillende kunstvormen met elkaar verbinden. Het is een onderzoek naar de archetypes, de oervormen uit de theorie van Carl-Gustav Jung. Het publiek wordt gestimuleerd om outside the box te denken en een holistische visie op cultuur te ontwikkelen die zich niet laat beknotten door een al te rigide onderscheid tussen de verschillende disciplines. Kunst ervaren vergt geen louter passieve houding, maar creatieve participatie. Electric Sheep wil de resultaten van dat onderzoek bovendien binnenkort vastleggen op een aantrekkelijk vormgegeven dvd met booklet. De tracks worden gesammtkunstwerkjes, waarbij gestreefd wordt naar een unieke kijk- en luisterervaring.

210

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
literatuuronderwijs
land
België
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

27ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2013