Competentiegericht leren in het Vlaamse (vrije) secundaire onderwijs

Lutgart Claessen  ·  20ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands  ·  2006  ·  pagina 236 - 238

Download artikel

TWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS

in kaart brengen, opvolgen, bijsturen en evalueren.

En daarbij staat communicatie centraal. Zowel ouders als leerlingen moeten van bij de start van het schooljaar geïnformeerd worden dat naast kennis ook attitudes deel uitmaken van de evaluatie. Dat wordt het best ook in het schoolreglement opgenomen. Aan de betrokkenen moet heel duidelijk gemaakt worden:

Voor wie dit soort evaluatie bedoeld is.

Hoe de evaluatie gebeurt.

Welke aspecten bij de evaluatie belangrijk zijn.

Waarom deze methode gehanteerd wordt. wat er verwacht wordt, hoe gewerkt wordt, wat de attitudes zijn...

Wanneer geëvalueerd wordt?

Ronde 7

Lutgart Claessen

pedagogisch begeleider VVKSO Contact: lutgart.claessen@scarlet.be

Competentiegericht Ieren in het Vlaamse (vrije) secundaire onderwijs

In Vlaanderen spreekt de overheid over (basis)competenties. Is dit dé grote vernieuwing om het TSO en BSO onderwijs te herwaarderen?

Maar wat betekent eigenlijk competentiegericht onderwijs? Wat er vagelijk mee bedoeld wordt is dat het onderwijs zich richt naar het bedrijfsleven. Het onderwijs wil de beroepsgerichte vorming beter laten aansluiten op de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.

In de literatuur vinden we geen eenduidige definitie van het woord 'competentie'. Alle auteurs schrijven dat het bij competenties gaat om een samenspel van kennis, vaardigheden, attitudes en persoonskenmerken in een bepaalde context. Wat die context is, kan variëren. Maar wat wel bij elke auteur voorkomt is het samenspel van de verschillende onderdelen, weliswaar in verschillende verhoudingen.

De meeste auteurs linken competentie aan een beroepscontext. Verwonderlijk? Absoluut niet, want het begrip heeft zijn opgang gemaakt in het bedrijfsleven. Het is via die weg in het onderwijs binnengekomen.

236

10. Competentieleren

Echter alleen het onderwijs beperken tot de beroepspraktijk is een verenging van het onderwijs. Het vak- of beroepsgerichte kan een belangrijk deel van het competentie-ontwikkeld leren vormen, maar het is altijd een onderdeel van een groter geheel. De leerling als 'mens', als 'groeiende persoonlijkheid in de uitdagende wereld' mag niet uit het oog verloren worden.

Competenties slaan op het geheel van kennis, vaardigheden en zijn datgene waarmee een persoon in het leven staat. Competent ben je en word je: het is een proces dat nooit af is en waar de leerling/de lerende kan in groeien. In het onderwijs vertrekt men van de lerende en bij de waaier competenties die hij al heeft. Deze competenties moeten dan verder ontwikkeld worden. Beroepsgerichte competenties zijn daar maar een onderdeel van.

Toch ben ik op zoek gegaan naar een duidelijke definitie van competentie:

competentie is de reële en individuele capaciteit om kennis (theoretisch en praktische), vaardigheden en attitudes in het handelen aan te wenden, in functie van de concrete, dagdagelijkse en veranderde werksituatie en in functie van persoonlijke en maatschappelijke activiteiten.2

Wat betekent dit alles nu in het secundair onderwijs?

In de leerplannen lezen we de leerplandoelstellingen en de leerinhouden, alsook enkele aanwijzingen hoe dit alles kan gerealiseerd worden. Van de leerkracht als leercoach' wordt een andere manier van denken, werken, ... gevraagd. De leerplannen, handboeken en eindtermen worden een hulpmiddel waaruit een leerkracht kan putten. Van de leerkracht wordt er niet alleen vakkennis vereist, maar ook inzichten en vaardigheden voor het ondersteunen en begeleiden van leerlingen. Dit betekent dat een leraar heel wat kennis moet hebben en/of verwerven met betrekking tot leerlingkenmerken, leerstijl en leerprocessen.

Maar ook de leerling leert anders. Een leerling moet in staat zijn om zijn kennis, vaardigheden en algemene competenties te gebruiken en te combineren in functie van de wisselende vereisten die door een bepaalde context, een bepaalde situatie of een bepaald probleem worden gesteld. Competentie verwijst dan ook altijd naar het vermogen tot zelfsturing door het individu. Competentiegericht leren impliceert dat de leraar erin slaagt tegelijk het individuele leertraject van de leerling tot maximale ontplooiing te laten komen én het leren als sociaal proces evenwichtig te onderhouden. De leerling moet groeien tot een competent individu, dat in staat is steeds meer zelf-

2 I. Vanhoren, Ruim baan voor competenties. Advies voor een model van (h)erkenning van verworven competenties in Vlaanderen: beleidsconcept en aanzet tot operationalisering. Leuven (KU Leuven: HIVA, 2002)

237

TWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS

standige keuzen (ook op het vlak van leren) te maken. De leerling moet zijn eigen verantwoordelijkheid nemen voor het eigen leerproces.

Ook een andere en (ver)nieuwde rapportering dringt zich op bij het competentiegericht leren. De leerling moet zijn eigen leerproces leren beoordelen, zijn eigen leerstijl kennen en kunnen aanpassen. Hij moet als het ware aan zichzelf rapporteren. Ook de leerkracht – de leercoach – moet een rapport hebben, waarin zowel de werkpunten als de vorderingen van de leerling vermeld staan. Daarbij mogen we de componenten van het competentiegericht onderwijs niet uit het oog verliezen: kennis, vaardigheden en attitude.

238

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
land
België
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs
thema
onderwijsleeractiviteiten

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

20ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2006