Sofie Jonckheere · 25ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2011 · pagina 20 - 24
VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
9. Didactiserend
Behalve dat het leerplan gericht is op taal- en kennisverrijking bij leerlingen, willen we leerkrachten en docenten laten ervaren dat geïntegreerd zaakvakonderwijs de leeropbrengst verhoogt. Onze verborgen doelstelling was dat leerkrachten en docenten die de OTV-lessen verzorgen, gemerkt of ongemerkt, de geïntegreerde werkwijze en de formats zouden gaan toepassen tijdens de reguliere lessen. Het uiteindelijke doel is dat de OTV-lessen fungeren als een vliegwiel en een didactische verandering op gang brengen in de school. Bij lesobservaties is dat ook gebleken en tijdens klankbordbijeenkomsten vertellen leerkrachten en docenten enthousiast dat ze tijdens de reguliere les instrumenten gebruiken die in het leerplan worden aangereikt.
De modules worden in licentie uitgegeven door M. Kaatee Onderwijs en Taaladvies BV.
Meer informatie: www.kaatee.com/blog/.
Referenties
Harvey, S. & A. Goudvis (2000). Strategies that Work. Teaching Comprehension to Enhance Understanding. Ontario: Pembroke Publishers.
Land, J. (2010). Zwakke lezers, sterke teksten. Utrecht: proefschrift Universiteit van Utrecht.
Vernooy, K. (2010). “Elk kind een lezer!” In: Vakwerk, jg. 5, nr. 7, p. 20-24.
Ronde 7
Sofie Jonckheere
Regionaal Integratiecentrum Foyer, Brussel Contact: sofie.jonckheere@foyer.be
Talensensibilisering in het basisonderwijs: Op een positieve manier omgaan met talen in de klas
1. Inleiding
Talensensibilisering als concept bestaat al tientallen jaren, zij het in diverse benamingen en landen. Als voorloper geldt de beweging language awareness in Engeland uit de
20
1. Basisonderwijs
1
jaren 1970, met als bekendste vertegenwoordiger Eric Hawkins. Veel Britse leerlingen bleken taalachterstand te hebben in de moedertaal, toonden weinig interesse voor andere talen en hadden veel vooroordelen ten aanzien van migranten. Daarom wilde die beweging dat het Britse onderwijs op systematische en vakoverstijgende wijze aandacht zou besteden aan het fenomeen taal en dus zou werken aan een overkoepelend taalbewustzijn. Het leidde tot interessante projecten in de jaren 1980, maar zwakte weer af toen de noodzakelijk geachte curriculumwijzigingen uitbleven. In de jaren 1990 echter kregen de ideeën van Hawkins en anderen elders in Europa een nieuw elan en al snel werd talensensibilisering verspreid over heel Europa.
2. Wat is talensensibilisering?
Talensensibilisering brengt leerlingen via speelse en motiverende activiteiten in contact met verschillende talen en bevordert zo hun openheid en gevoeligheid voor die talen. Door een groeiend inzicht in taal als fenomeen, in hoe taal functioneert en door gelijkenissen en verschillen tussen talen en culturen op te sporen, ontwikkelen de leerlingen langzamerhand een metalinguïstisch bewustzijn en een referentiekader dat hen kan helpen bij het leren van vreemde talen, het verkennen van andere culturen en bij het verder perfectioneren van hun moedertaal. Leerlingen ontwikkelen meer openheid en respect voor andere talen en culturen, maar krijgen door de taal- en cultuurverschillen ook een rijker en vollediger zelfbeeld. Anderstalige leerlingen worden bevestigd in hun identiteit en gaan precies daardoor op hun beurt meer open staan voor het Nederlands en onze cultuur.
Talensensibilisering onderscheidt zich duidelijk van taalinitiatie, ook al zijn er in de praktijk heel wat raakpunten, bijvoorbeeld op het vlak van de methodiek. Taalinitiatie is gebonden aan een welbepaalde taal en is een eerste stap in het leren van die taal. Zo kan je in de kleuterklas bijvoorbeeld werken rond taalinitiatie Frans. De kleuters worden dan op een speelse manier in contact gebracht met het Frans door onder meer Franse liedjes te zingen, het onthaal in het Frans te laten verlopen of door elkaar een gelukkige verjaardag te wensen in het Frans. Ze worden als het ware ingewijd in het Frans, vandaar de term initiatie. Zo raken ze vertrouwd met het Frans en kunnen ze die taal later gemakkelijker leren. Bij talensensibilisering is het echter niet rechtstreeks de bedoeling om een taal te leren, maar om via talen iets te leren over talen. Het gaat dus per definitie om meerdere talen. De leerlingen ontdekken op een speelse, maar gestructureerde manier allerlei aspecten van talen wat hen uiteindelijk zal helpen om talen te leren – ook het Nederlands – en waardoor ze tegelijkertijd meer open zullen staan voor talen. Het belang daarvan kan nauwelijks overschat worden in de huidige context van multiculturaliteit en globalisering die zijn weerspiegeling vindt in een grote diversiteit binnen de schoolmuren. Maar ook voor homogeen Nederlandstalige groepen is het belangrijk goed voorbereid te worden op die realiteit.
21
VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
-
Doelen
Het doel van talensensibilisering is drieërlei. Het belangrijkste doel is het werken aan attitudes, namelijk het creëren van openheid en interesse voor talen, en zo ook voor culturen. Op een speelse manier met talen in contact te komen, kan leerlingen motiveren om die talen te leren en kan hun nieuwsgierigheid en interesse in andere culturen wekken. Ze krijgen plezier in talen leren en vinden andere culturen steeds minder vreemd. Taal is immers hét communicatiemiddel en de toegangspoort bij uitstek tot een cultuur. Talensensibilisering is dus zowel voor taalhomogene als voor taalheterogene groepen verrijkend. In multiculturele klassen kan aandacht voor elkaars taal bovendien een sterk bindmiddel zijn. Voor anderstalige leerlingen is aandacht voor hun moedertaal een bevestiging van een belangrijk element van hun identiteit waardoor hun zelfwaardering en leermotivatie – niet in het minst voor het Nederlands – sterk toeneemt.
Een tweede doel is kennis verwerven. Door talensensibilisering krijgen leerlingen meer inzicht in andere talen en culturen. Ze leren bijvoorbeeld dat je niet in elke taal van links naar rechts schrijft, dat niet alle talen dezelfde lettertekens gebruiken, dat er heel veel verschillende feesten zijn maar dat die vaak heel wat gemeen hebben, dat veel talen woorden uit het Nederlands gebruiken... De confrontatie met andere talen doet leerlingen bovendien nadenken over hun eigen taal waardoor de kennis van de eigen taal wordt versterkt. Voor cultuur geldt net hetzelfde. Het is pas in het contact met andere culturen dat je ten volle ontdekt hoe je eigen cultuur in elkaar zit. Talensensibilisering laat je dus niet alleen andere talen en culturen ontdekken, maar leert je ook meer over je eigen taal en cultuur.
Een derde doel is werken aan taalvaardigheden. Enerzijds gaat het dan over metavaardigheden die het leren van talen en het communiceren bevorderen. Als je omgaat met verschillende talen, wordt het immers gemakkelijker om te communiceren met mensen die die talen spreken. Als je in de klas bijvoorbeeld over talenfamilies geleerd hebt en al een aantal keer Frans en Spaans gehoord hebt, wordt het allicht iets gemakkelijker om ook een woordje te begrijpen als je iemand Italiaans hoort spreken. Daarnaast wordt ook de moedertaal versterkt door talensensibilisering. Door bijvoorbeeld de meervoudsvormen te onderzoeken in verschillende talen ontdekken leerlingen de verscheidenheid aan regels en de taalgebondenheid van die regels waardoor ze de regels voor het Nederlands herontdekken, beter begrijpen en bewuster onthouden.
-
Besluit
Leerkrachten stellen zich vaak de vraag hoe ze best kunnen omgaan met de taaldiversiteit in hun klas en hoe ze hun leerlingen best kunnen voorbereiden op een multicul-
22
1. Basisonderwijs
1
turele samenleving waarin mensen respect opbrengen voor elkaars taal en cultuur. Talensensibilisering biedt hierop een positief antwoord. Leerlingen ontwikkelen dankzij talensensibilisering een positieve attitude ten opzichte van talen. Ze doen kennis op over andere talen en werken aan hun communicatieve vaardigheden en taalvaardigheden. Binnen elk vak kan op een talensensibiliserende manier gewerkt worden en dat zowel in taalhomogene als in taalheterogene groepen.
Leerkrachten die zelf talensensibiliserend materiaal willen ontwikkelen, doen er goed aan om ervoor te zorgen dat er inductief gewerkt wordt, dat leerlingen zelf kunnen ontdekken waar de materialen over gaan, dat ze veel in groepen kunnen werken, dat ze vakoverschrijdend werken en dat de activiteiten passen binnen het curriculum. De materialen worden idealiter voorzien voor taalhomogene als taalheterogene klassen, zodat iedereen er mee aan de slag kan.
Referenties
Bernaus, M., A. Furlong, S. Jonckheere & M. Kervran (2011). ConBaT+: Content Based Teaching + plurilingual and pluricultural awareness. Strasbourg: Council of Europe.
Bernaus, M., A. Furlong, S. Jonckheere & M. Kervran (2011). “A pedagogy for pluriligualism/culturalism in content: an overview”. In: Réflexions. Canadian Association of Second Language Teachers.
Candelier, M. (2003) . Evlang – l’éveil aux langues à l’école primaire – Bilan d’une innovation européenne. Bruxelles: De Boek - Duculot.
Candelier, M. (2004). Janua Linguarum – La Porte des Langues – L’introduction de l’éveil aux langues dans le curriculum. Strasbourg: Council of Europe.
Hawkins, E. (1984). Awareness of Language. An Introduction. Cambridge: Cambridge University Press.
Jonckheere, S. (2007). ‘Proverbs. Comparing proverbs in different languages and cultures’. In: M. Bernaus, A.I. Andrade, M. Kervran, A. Murkowska & F.T. Sáez. Plurilingual and pluricultural awareness in language teacher education. A training kit. Strasbourg: Council of Europe.
Jonckheere, S., H. De Doncker & H. De Smedt (2009). Talen op een kier. Talensensibilisering voor het basisonderwijs. Mechelen: Plantyn.
Jonckheere, S. (2011). “Talensensibilisering in het basisonderwijs: Op een positieve manier omgaan met talen in de klas”. In: Tijdschrift Taal voor opleiders en onderwijsadviseurs, jg. 2, nr. 3, p. 34-41.
23
VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
Kervran, M., S. Jonckheere & A. Furlong (2008). ‘Langues et éducation au plurilinguisme: principes et activités pour la formation des enseignants’. In: M. Candelier, G. Ioannitou, D. Omer & M-T. Vasseur. Conscience du plurilinguism, Pratiques, représentations et interventions. Rennes : Presses Universitaires de Rennes.
Ronde 8
Heleen Strating
Expertisecentrum Nederlands
Contact: h.strating@taalonderwijs.nl
Aandacht voor taalontwikkeling bij wetenschap- en techniekonderwijs in het primair onderwijs
-
Inleiding
Een kwaliteitsslag maken met het taalonderwijs op de basisschool en impulsen geven aan kwalitatief goed onderwijs in wetenschap en techniek zijn twee zaken die al een aantal jaren volop in de belangstelling staan van beleidsmakers, opleiders en (aankomende) professionals in het primair onderwijs (po). Het Expertisecentrum Nederlands heeft die twee onderwerpen met elkaar gecombineerd bij de ontwikkeling van de webbased, multimediale leeromgeving www.interactiefonderzoeken.nl. Veel (aankomende) leerkrachten in het po realiseren zich niet direct dat ook in de technieklessen die ze geven de nodige kansen voorbijkomen om (ongemerkt) te werken aan de taalvaardigheid van de leerlingen. De leeromgeving biedt de gebruikers authentieke videofragmenten (met bijbehorende commentaren en kijkwijzers), uitgewerkte lessenreeksen en overige achtergrondinformatie. De principes van onderzoekend en ontdekkend leren door leerlingen van groep 1 tot en met 8 worden gecombineerd met de principes van interactief taalonderwijs. Hieronder wordt dat kort toegelicht met gebruikmaking van achtergrondinformatie van de leeromgeving www.interactiefonderzoeken.nl.
-
Onderzoekend en ontwerpend leren
Het primaire doel van onderzoekend en ontwerpend leren (OOL) is het stimuleren en ontwikkelen van een wetenschappelijke houding van leerlingen (Van Graft & Kemmers 2007). Bij OOL verdiepen leerlingen zich langdurig en interactief, vanuit hun eigen vragen, als ‘onderzoeker’ en ‘ontwerper’ in een concept. Onderzoeken en ontwerpen zijn daarbij geen doel op zich, maar een manier van werken die vanuit de nieuwsgierigheid en verwondering leerlingen (samen) laat waarnemen, nadenken,
24