Nicolien de Pater · 26ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2012 · pagina 24 - 25
ZESENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
In het onderzoek gingen we ook na in hoeverre de leerkrachten hun hoeken, waaronder 'de boekenhoek', rijk inrichten. Het verschil tussen scholen blijkt groot te zijn. Scholen die hier specifiek op inzetten, scoren het hoogst. Scholen die dat niet specifiek als actiepunt kozen, vertonen grote verschillen tussen leerkrachten. Opnieuw kunnen we uit de resultaten afleiden dat het gericht ondersteunen van leerkrachten en schoolteams effect heeft en noodzakelijk is.
Aan de vraag naar ondersteuning van leerkrachten bij de drie hierboven opgesomde punten wordt in het project tegemoetgekomen door het aanbieden van goede boekjes binnen specifieke thema's, het uitwerken van kijkwijzers, het samen voorbereiden van activiteiten, het voordoen door of samen doen met coaches, het reflecteren op uitgeprobeerde activiteiten, het uitwisselen van goede praktijken tussen leerkrachten... Verder wordt samen nagedacht over het vooropstellen van concrete doelstellingen en het evalueren van die doelstellingen. Ten slotte komt ook de rol en het interactiegedrag van de leerkracht expliciet ter sprake in de coachende gesprekken.
Referenties
Gysen, S., K. Rossenbacker & M. Verhelst (1999). Kobi-tv. Kleuterobservatie-instru-
ment Taalvaardigheid. Leuven: Centrum voor Taal en Migratie, Steunpunt NT2.
Loman, J., B. De Roo & B. Wijckmans (2011). Evaluatieonderzoek Kleutertaal.
Leuven/Hasselt: KU Leuven & KHLim. Ongepubliceerd onderzoeksrapport.
Verhelst, M. (2002). De relatie tussen mondeling taalaanbod en woordenschatverwerving van het Nederlands als tweede taal door 2,5-jarige allochtone kleuters in Brussel. Leuven: KU Leuven. Ongepubliceerd doctoraat.
Ronde 4
Nicolien de Pater
Nicolien de Pater Leesbevordering Contact: nicoliendepater@gmaiLcom
Leesplezier loont
Lezen is van groot belang voor de ontwikkeling van het kind en zijn schoolprestaties. Maar hoe stimuleer je lezen bij basisschoolleerlingen en hoe ontdek je leestalenten? Een aantrekkelijke schoolbibliotheek, een structureel leesplan en kennis van boeken helpen om van uw leerlingen leestalenten te maken. Ondersteuning vanuit de biblio-
24
2. Basisonderwijs
theek richt zich op het leesgedrag van de leerlingen door leesgedrag te stimuleren, te begeleiden en door de leesontwikkeling te volgen. De bibliotheek doet dat door met de scholen een pakket van ondersteunende en bij het taalonderwijs aansluitende activiteiten af te spreken.
In de workshop wordt het kader van het project Kunst van Lezen/de Bibliotheek op school kort aangegeven en vertel ik aan de hand van de monitor 'de Bibliotheek op school' wat de opbrengsten en successen tot nu toe zijn.
Ronde 5
Hilde Hacquebord
Rijksuniversiteit Groningen
Contact: H.I.Hacquebord@rug.n1
Begrijpend lezen van basisschool naar voortgezet onderwijs 1. Inleiding
De onderwijsinspectie stelt in haar verslag van 2009-2010 dat leerlingen die op de basisschool niet goed genoeg hebben leren lezen, dat in het voortgezet onderwijs ook niet leren, tenzij daar speciale ondersteuning voor wordt geboden (Inspectie van het Onderwijs 2011). Het gaat dan over begrijpend lezen. Op veel basisscholen vormt het lezen van informatieve teksten, zoals die in de zaakvakken voorkomen, een probleem (Van Elscker e a 2010). Het begrijpend lezen is niet een vaardigheid die vanzelf komt zodra leerlingen vlot kunnen lezen: de helft van de zwakke lezers uit groep 8 leest wel vlot, maar begrijpt niet wat er staat (Van der Meent 2010). Die leerlingen zouden met gerichte aandacht voor begrijpend lezen wellicht geholpen zijn. Een van de conclusies uit het onderzoek dat ik hieronder presenteer, is dat er nog veel winst te halen valt in de bovenbouw van het basisonderwijs1 als het gaat om begrijpend lezen in de overgangsperiode van basis- naar voortgezet onderwijs.
Hoe verloopt de taal- en leesontwikkeling van een leerling in die periode? Vanaf eind 2007 volg ik leerlingen vanaf groep 7 in hun ontwikkeling van begrijpend lezen en woordkennis. Afkomstig van vijf verschillende Amsterdamse basisscholen, zijn die leerlingen uitgezwermd over 14 scholen voor voortgezet onderwijs. Naast de reguliere leerlingen zijn de leerlingen uit de zogenaamde lopklas' gevolgd. Tot een kopklas worden NT2-leerlingen toegelaten die aan het eind van de basisschool geschikt worden geacht voor een hoger schooltype dan zij op grond van hun taal- en leesprestaties aankunnen. In het onderzoek ga ik na in hoeverre de verschillende groepen leerlingen
25