Het project boek en film van het Nederlands Instituut voor Filmeducatie en Stichting Lezen

Martijn Nicolaas  ·  17de Conferentie Het Schoolvak Nederlands  ·  2003  ·  pagina 12

Het project boek en film van het Nederlands Instituut voor Filmeducatie en Stichting Lezen
Martijn Nicolaas
(Stichting Lezen, Nederland)


Film en literatuur in één les gebruiken, hoe vaak gebeurt het niet? Toen ik zelf nog lesgaf op het Haags Montessori Lyceum deed ik het vaak in de Tweede Fase. Ik gebruikte bijvoorbeeld film als illustratiemateriaal bij een les over literatuurgeschiedenis. Zo was een fragment uit de verfilming van Eline Vere een snelle en aantrekkelijke manier om leerlingen te laten zien hoe verstikkend het milieu was dat Couperus in zijn roman beschrijft. Een ander punt is literatuur lezen bij CKV1. Ik vond het eigenlijk zonde om leerlingen voor dat vak maar gewoon een boek te laten lezen. De functie van literatuur bij CKV1 vind ik meer te laten zien dat literatuur vaak het verhaal achter de andere kunsten is. Dan biedt een boekverfilming uitkomst.

Het probleem bij dergelijke lessen is echter dat film en literatuur gebruikt worden als afgeleide van elkaar, in dienst van elkaar en niet echt als geïntegreerd gebied. Daarom was de vraag die als uitgangspunt diende voor het project Boek en film: Hoe kun je literatuur en film gecombineerd in de les aan bod laten komen zodat beide elkaar versterken? In deze tekst wil ik de producten van het NIF en Stichting Lezen voorstellen en achtergrondinformatie, uitleg en voorbeelden geven hoe je met de combinatie film-literatuur in het onderwijs kunt omgaan.

Het project Boek en film van het NIF en Stichting Lezen heeft als doel een geïntegreerde benadering van literatuur en film in het onderwijs te bewerkstelligen door activiteiten, projecten en lesmateriaal te organiseren/produceren. Het project Boek en film bestaat uit de volgende onderdelen:

  1. Lesmappen, inclusief video of DVD, bij specifieke boekverfilmingen: De grot, Oesters van Nam Kee, De Tweeling, Phileine zegt sorry, Polleke.
  2. Een basislesprogramma over de Nederlandse boekverfilming voor de Tweede Fase: Boek en film: de introductie, een lespakket met vier uitgewerkte lessen, achtergrondinformatie en een video met fragmenten van Nederlandse boekverfilmingen (o.a. Karakter, De avonden, Discovery of heaven, Ik ook van jou).
  3. Stroom 'Boek en film' op de Dag van de Nederlandse film voor de Tweede Fase in januari.

De combinatie literatuur en film kent in Nederland een lange geschiedenis. Veel Nederlandse films gebruiken verhalen uit de Nederlandse literatuur. Omgekeerd kan gesteld worden dat 'filmische' middelen zoals montage en cameravoering hun weerslag hebben gehad op teksten van (post)-modernistische schrijvers en dichters. Ook in het onderwijs kan deze 'kruisbestuiving' tussen literatuur en film wederzijds nut hebben. Geïntegreerde aandacht voor literatuur en film levert een meerwaarde op. Kinderen en jongeren worden in toenemende mate omringd met beeldmedia, die hen vormen en hun referentiekaders bieden. Het is zaak hen daarmee om te leren gaan. Tegelijk is het van belang dat zij door de indringende aanwezigheid van beeldmedia niet vergeten dat er ook andere vormen zijn van 'verhalen vertellen'. Kinderen en jongeren zouden moeten leren inzien dat woord- en beeldcultuur in elkaars verlengde liggen en dat het begrijpen van die relatie een verdieping van hun visie/smaak inhoudt. Daarmee levert geïntegreerde aandacht voor literatuur en film nieuw materiaal bij media-educatie en smaakontwikkeling.

Binnen het onderwijscurriculum kan Nederlandse literatuur in combinatie met Nederlandse film een heel goed instrument zijn om cultureel erfgoed te verspreiden onder jongeren; deze lopen immers minder snel warm voor literatuur dan voor film, als referentiekader voor normen en waarden. In dit kader is gecombineerde aandacht binnen het onderwijs voor film en literatuur volgens het NIF en Stichting Lezen niet meer dan logisch. Het sluit aan bij ontwikkelingen in het onderwijs waar steeds meer aandacht uitgaat naar discipline- en vakoverstijgende benaderingen. Niet alleen levert gecombineerde aandacht van disciplines tijdwinst op, het zorgt er ook voor dat disciplines elkaar kunnen versterken. In de nieuwe vakken CKV1 en KCV waarmee cultuur een bredere en meer eigen plek binnen het onderwijs heeft gekregen, gebeurt dit al. De combinatie film/literatuur biedt echter ook de mogelijkheid om filmeducatie een plaats te geven binnen het literatuuronderwijs bij de talen. Dat dit een logische plek is, bewijst de aandacht voor filmeducatie - zij het minimaal - in enkele literatuur-methodes voor de Tweede Fase.

Er ligt een kans om juist beeldcultuur te gebruiken om jongeren kennis te laten maken met (Nederlandse) literatuur en tegelijkertijd die jongeren inzicht te geven in filmische middelen. Door aandacht te besteden aan literatuur binnen filmeducatie krijgen leerlingen meer inzicht in de tot-standkoming van scenario's en verhaalstructuren in films en door aandacht te besteden aan film bin-nen literatuureducatie kunnen theoretische literaire begrippen zichtbaar gemaakt worden. Een boekverfilming is een interpretatie van een literair werk en biedt dus de mogelijkheid leerlingen uit te dagen hun interpretatie ernaast te leggen.

Om te laten zien hoe dat eruit ziet in de verschillende producten van het project Boek en film, wil ik enkele voorbeelden geven van opdrachten. Waar we het meest trots op zijn is de opdracht die het hele traject van boek via scenario en storyboard naar film beschrijft in het lespakket Boek en film: de introductie. Deze opdracht gaat over de verfilming van Twee koffers vol van Carl Friedman en hiervoor mochten we gebruik maken van het originele scenario en het storyboard van Jeroen Krabbé, die als kopieerbare werkvellen in het pakket zitten. Doordat het fragment uit het boek en uit de film Left Luggage ook aanwezig zijn, wordt het gehele traject voor de leerlingen inzichtelijk gemaakt.

Hiernaast is voor Boek en film: de introductie een formulier voor een boekverfilmingsanalyse en een volledig geïntegreerde begrippenlijst ontwikkeld en is een van de opdrachten het verzinnen van een trailer bij de boekverfilming Phileine zegt sorry. Een trailer is een promotiefilmpje voor een film. Bij deze opdracht vloeien literatuur- en filmeducatie als het ware in elkaar over: leerlingen moeten uit de roman van Ronald Giphart de rode draad en het thema halen en vervolgens nadenken hoe ze dat achter elkaar in een flitsend promotiefilmpje zetten. Ze moeten dus nagaan wat zij dermate belangrijk vinden in het boek dat ze het in het promotiefilmpje verwerken. De trailer is als het ware een samenvatting van de film èn van het boek.

Naast het basislesprogramma Boek en film: de introductie zijn aparte lesmappen bij specifieke boekverfilmingen te bestellen. Zo'n lesmap bestaat uit een docentenhandleiding, een video of DVD en dertig brochures voor de leerlingen met interviews, lees- en kijktips, achtergrondinformatie en opdrachten rond het thema 'Van boek naar film' die gebruikt kunnen worden voor het lees- of kunstdossier. Enkele voorbeelden van opdrachten zijn het omzetten van boekdialogen naar filmdialogen in Oesters van Nam Kee, de verbeelding van gevoelens in De Tweeling en het gebruik van intertekstualiteit in Phileine zegt sorry.

Tot nu toe heb ik alleen producten voor de Tweede Fase van het voortgezet onderwijs beschreven. Het onderwerp is echter ook toepasbaar in andere vormen van onderwijs. Voor de middenbouw was al een lespakket bij Sproet (naar het boek Zeven dagen zaterdag van de Duitse schrijver Paul Maar) beschikbaar en in het voorjaar van 2004 verschijnt een lespakket bij Polleke (naar de boeken van Guus Kuijer) voor de bovenbouw van het primair onderwijs. In 2005 gaat Crusade in jeans in première, naar Kruistocht in spijkerbroek van Thea Beckman. Hierbij worden lespakketten ontwikkeld voor de bovenbouw van het primair onderwijs en de onderbouw van het voortgezet onderwijs.

Alle materialen zijn te bestellen door een e-mail te sturen aan info@filmeducatie.nl.

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
literatuuronderwijs
land
Nederland
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs
thema
onderwijsleermateriaal
audiovisueel
onderwijsleeractiviteiten

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

17de Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2003