Atty Tordoir & Klaas Heemskerk · 23ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2009 · pagina 77 - 80
2. Taalonderwijs van 12-18
Referenties
Beck, I.L., M.G. McKeown & J. Worthy (1995). “Giving a text voice can improve students understanding”. In: Reading Research Quarterly, jg. 30, nr. 2, p. 220-238.
Land, J. (2009). Zwakke lezers, sterke teksten? Effecten van tekst- en lezerskenmerken op het tekstbegrip en de tekstwaardering van vmbo-leerling. Delft: Eburon.
Sadoski, M. (2001). “Resolving the effects of concreteness on interest, comprehension, and learning important ideas from text”. In: Educational Psychology Review, jg. 13, nr. 3, p. 263-281.
Segal, E.M., G. Miller, C. Hosenfeld, A. Mendelsohn, W. Russell, J. Julian, A. Greene & J. Delphonse (1997). “Person and tense in narrative interpretation”. In: Discourse Processes, jg. 24, nr. 2/3, p. 271-309.
Ronde 8
Atty Tordoir & Klaas Heemskerk
APS, Utrecht/ Picasso Lyceum, Zoetermeer Contact: a.tordoir@aps.nl
kbtheemskerk@scz.nl
Naar een doorlopende leerlijn presenteren van de brugklas tot het examen
1. Inleiding
Het belang van presentatievaardigheden is nog nooit zo prominent in het nieuws geweest als op 3 juni 2008, de dag waarop Barack Obama de democratische nominatie had binnengehaald en een overwinningstoespraak hield in een uitzinnig stadion in St. Paul, terwijl John McCain direct de aanval koos door voor een groene achtergrond een abominabele/tenenkrommende toespraak te houden. Een krampachtige grimlach begeleidde het steeds terugkerende “That’s not change we can believe in”. Zelfs Fox News moest toegeven dat er sprake was van een ‘rhetorical gap’. Vanaf toen leken de daadwerkelijke verkiezingen nog maar een formaliteit. Zou een beter presenterende John McCain wel president geworden zijn? En valt presenteren wel aan te leren?
Het Picassolyceum is 1 van de 3 pilotscholen waarmee het Algemeen Pedagogisch Studiecentrum (APS) sinds vorig schooljaar, in opdracht van de overheid, samenwerkt om de niveaubeschrijvingen uit het deelrapport Over de drempels met taal van de
2
77
DRIEËNTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
Expertgroep Doorlopende Leerlijnen Taal en Rekenen te vertalen naar de onderwijspraktijk. Het is een actieve en innovatieve school voor vmbo-t tot en met gymnasium in een nieuw schoolgebouw in Zoetermeer. De school is bijvoorbeeld aangesloten bij Digidac, het verband van ict-voorhoedescholen, participeert in de pilot ‘Meerdere Examenmomenten’ en is deelnemer aan ‘de Expeditie DurvenDelenDoen’, de innovatiecampagne van de VO-raad. Ook start de school dit schooljaar met Leonardo-onderwijs.
-
Waarom presenteren?
Het Picassolyceum koos ervoor om een begin te maken met het onderwerp ‘presente- ,
ren .
Omdat het eindproduct van veel projecten binnen het Picasso Lyceum een presentatie is, vond de sectie Nederlands het een goed idee om een instrument te ontwikkelen waarmee het spreekvaardigheidniveau beter beoordeeld zou kunnen worden en het spreekvaardigheidonderwijs verbeterd. Daarnaast wilde de sectie de resultaten ook gebruiken om het vak Nederlands (nog) meer te integreren in het projectonderwijs van het Picasso Lyceum en om beter vorm te geven aan het eigen presenteeronderwijs. Last but not least: werken aan concrete leerlijnen voor de taalvaardigheden zag de school ook als een uitstekende ingang om het taalbeleid concreet vorm te geven.
-
Aanpak
We gingen aan de slag met de hele sectie Nederlands, die daartoe gefaciliteerd werd door de directie. In een aantal werkbijeenkomsten ‘in de tijd van de baas’ werd samen met het APS gewerkt aan een eindproduct: een rubric presentatievaardigheden met varianten voor het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo), het hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo) en het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo). We startten met een inventarisatie: wat gebeurt binnen en buiten de sectie aan presenteren en hoe werkt het precies?
Binnen de sectie zelf bleek op verschillende manieren aan het onderdeel ‘presenteren’ gewerkt te worden. De aanpak varieerde van zelf voordoen, werken met beoordelingsformulieren, beginner- en expertgedrag beschrijven tot korte feedback binnen een project. Ook de presenteertaken binnen en buiten de lessen Nederlands liepen uiteen. Van de klassieke boekpresentatie en de spreekbeurt tot radiostukjes en opdrachten in de context van projecten en evenementen in en buiten de school. Geconstateerd werd dat binnen de lessen vaak onvoldoende tijd was om goed te oefenen, waardoor leerlingen wel presenteren maar, het niet duidelijk is wat ze daar van leren. Bovendien leek het erop dat er weinig verschil zit in de feedback, zoals die gegeven werd in de brugklas en in het examenjaar.
78
2. Taalonderwijs van 12-18
De niveaubeschrijving voor het subdomein ‘spreken’ uit het rapport Over de drempels met taal werd mede aan de hand van een aantal voorbeeldfilmpjes van andere scholen besproken. Hoewel de beschrijvingen op zich wel herkenbaar waren, riepen ze ook een aantal vragen op die betrekking hadden op de toepasbaarheid. Ten eerste richten de beschrijvingen zich, logischerwijs, op presentaties als zijnde individuele presentaties, terwijl bijna alle presentaties op het Picasso Lyceum groepspresentaties zijn, waarvoor ook een groepscijfer wordt gegeven. Daarnaast was niet altijd duidelijk wat nu precies het onderscheidende criterium was tussen de verschillende niveaus.
Om de niveaubeschrijvingen concreter te maken, is vanuit een voorbeeldmatige presenteeropdracht per niveau nagedacht over wat per niveau nu precies het verschil maakt. Zo kan men zich bij de beschrijving van 1F een spreekbeurt over de – al dan niet meegebrachte – cavia voorstellen, terwijl 2F een boekbespreking over bijvoorbeeld Spijt van Carry Slee doet vermoeden. Niveau 3F zou een betoog over de doodstraf kunnen zijn. Binnen de context van het voortgezet onderwijs zou 4F wellicht alleen haalbaar zijn als presentatie van het profielwerkstuk. Op basis van de opmerkingen over afstand en complexiteit in Over de drempels met taal en de algemene principes voor toenemende complexiteit, zoals die beschreven zijn in de Concretisering van de kerndoelen Nederlands, is een lijst opgesteld van factoren die van belang zijn voor de mate waarin opdrachten het gewenste niveau ‘uitlokken’.
4. Opbrengst na een jaar
De volgende stap was om een aantal leerling-presentaties op film vast te leggen. Op basis van de filmfragmenten en de niveaubeschrijvingen werd een rubric ‘presenteren’ opgesteld. Die rubric werd steeds verder aangepast aan de wensen voor de verschillende ‘doelgroepen’ (onder- en bovenbouw, vmbo en havo/vwo) en aan de – tijdens dit traject gestaag groeiende – inzichten.
Tijdens de werkbijeenkomsten werd afwisselend samengewerkt in duo’s die aan dezelfde typen leerlingen lesgaven en werd gezamenlijk gereflecteerd op de conceptproducten. Hierdoor groeide geleidelijk aan een gemeenschappelijk kader voor de beoordeling.
Dit schooljaar wordt de rubric binnen de school geïmplementeerd. Het idee is dat vakdocenten hiermee meer inzicht krijgen in wat ze van hun leerlingen vragen als die iets moeten presenteren. In samenwerking met de collega Nederlands kunnen ze leerlingen daarbij ondersteunen en uiteindelijk ook beoordelen. Via een digitaal taaldossier zullen de beoordelingen zichtbaar worden (en blijven) voor de leerling en zijn docent Nederlands, zodat echt werk gemaakt kan worden van het verbeteren van de presenteervaardigheid van leerlingen. Ook voor leerlingen wordt zo duidelijk welke onderdelen verdere ontwikkeling behoeven.
2
79
DRIEËNTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
Ten slotte: we boekten met dit traject winst op 2 belangrijke punten:
-
De collega’s van andere vakken reageerden enthousiast op ons werk en wilden graag meewerken. Daarmee is tijdens het traject ook een belangrijke stap richting schoolbreed taalbeleid gezet.
-
Binnen de sectie vonden inhoudelijke – en af en toe behoorlijk pittige – discussies plaats die bij de leden het denken over de aanpak van het eigen vak sterk verdiepten.
Met veel enthousiasme gaat het Picasso Lyceum voort op de ingeslagen weg: komend jaar wordt op dezelfde wijze, wederom samen met het APS, gewerkt aan een doorgaande leerlijn voor schrijfvaardigheid.
Referenties
Meijerink, H.P. et. al. (2008). Over de drempels met taal. De niveaus voor de taalvaardigheid. (Onderdeel van de eindrapportage van de Expertgroep Doorlopende Leerlijnen Taal en Rekenen). Enschede: Expertgroep Doorlopende Leerlijnen Taal en Rekenen.
80