Nicolien de Pater · 25ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2011 · pagina 174 - 179
VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
Bibliografie
Akveld, J., Ph. Hartzuiker & N. Roep (2001). “De dictatuur van de literaire norm. Over de eenzijdigheid van de jeugdliteraire kritiek”. In: Literatuur zonder leeftijd, jg. 15, nr. 54, p. 33-47.
Boonstra, B. (1994). Een iets te hoge toonbank. Kinderboekenrecensies NRC Handelsblad 1983-1993. Baarn: Bekadidact.
Friedman, C. (2003). “Onder ons”. In: Vrij Nederland, p. 60.
Kraaijeveld, R. (1996). “Tegen de dictatuur. Over jeugdliteraire kritiek en leesbevordering”. In: Literatuur zonder leeftijd, jg. 10, nr. 39, p. 385-388.
Krikhaar, M. & B. Ros (1986). “Een oordeel is vlug gegeven”. In: Leesgoed, jg. 14, nr. 1, p. 63-66.
Nuis, A. (1980). “Het kinderboek en de kritiek. Schrijven op je hurken”. In: HP, 4 oktober 1980, p. 70-73.
Sietsma, M. (2003). “Te weinig recensies van jeugdliteratuur in dagbladen?” In: Leesgoed, jg. 30, nr. 4, p. 153-155.
Van den Hoven, P. (1996). “Tegen het misverstand. Over jeugdliteratuur en leesbevordering”. In: Literatuur zonder leeftijd, jg. 10, nr. 38, p. 210-222.
Van den Hoven, P. (1996). “Ruis en valse lucht. Antwoord aan Ruud Kraaijeveld”. In: Literatuur zonder leeftijd, jg. 10, nr. 39, p. 389-393.
Van Rees, K. (1988). “Hoe volwassen is de kritiek van kinderboeken. Over opvattingen van kinderboekrecensenten”. In: Leesgoed, jg. 15, nr. 1, p. 20-22.
Ronde 2
Nicolien de Pater
Utrechts Kunst van Lezen
Contact: nicoliendepater@gmail.com
De school hoeft het niet alleen te doen; de Bibliotheek (komt) op School
1. Het project Bibliotheek op School
In 2008 zijn voor het project Bibliotheek op School (onderdeel van het OCW- project Kunst van Lezen-1) 30 taalpilotscholen geselecteerd om met hun bibliotheek te gaan
174
6. Literatuur
werken aan het verminderen van taalachterstanden bij kinderen door het plezier in lezen te bevorderen. Inmiddels zijn er 170 basisscholen die samen met de bibliotheken werk maken van leesbevordering.
Onderzoek wijst uit dat het niveau van begrijpend en technisch leren lezen nauw samenhangt met de motivatie van de lezer, de tijd om te lezen en de beschikbare boeken. Door structureel te werken aan leesbevordering werkt de school tevens aan kern- doel 91. De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten.
Vrij lezen helpt bij het verwerven van woordenschat. Kinderen die gemiddeld een kwartier per dag lezen kunnen hun woordenschat uitbreiden met 1000 woorden per jaar (Broekhof 2010). Leesbevordering draagt dus bij aan het versterken van taal- en leesonderwijs.
Een Bibliotheek op School is een volwaardige schoolbibliotheek die geborgd is in het beleid van zowel de openbare bibliotheek als van de basisschool.
Â
2. Wat biedt de bibliotheek op de Basisschool? |
|
1. Een actuele boekencollectie die kinderen prikkelt om te lezen. Bibliotheekpersoneel zet haar expertise in en ondersteunt de school bij het samenstellen en vormgeven van een schoolbibliotheek. Welke manieren zijn er om boeken uitnodigend te presenteren? Zetten we de gemakkelijk te lezen boeken apart of juist niet? |
6 |
De school stelt, met advies van de bibliotheek, een schoolleesplan op waarin (a) de doelen voor leesbevordering zijn geformuleerd, (b) de afspraken zijn vastgelegd en (c) de activiteiten worden uiteengezet. De school maakt daarbij gebruik van de website www.leesplan.nl., een site met leesbevorderingsprojecten en een format voor een leesplan. De bibliotheek kan helpen bij de uitvoering van het plan door voorbeeldlessen rond boekpromotie te geven. De meerwaarde van de bibliotheekmedewerker in de school is zijn of haar actuele boekenkennis en ervaring met leesbevorderingsprojecten.
|
|
1Kerndoel 9: De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten. |
175
VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
de opbouw van de collectie en geven informatie over gelezen boeken en dus ook over de motivatie van de leerlingen om te lezen. Bibliotheken hebben veel ervaring in het adviseren van kinderen bij het kiezen van boeken en kunnen die ervaring overdragen.
-
Introductie van leesbevorderingsprojecten waardoor kinderen meer gaan lezen, ook in hun vrije tijd.
Bibliotheekmedewerkers introduceren promotionele acties, zoals de Kinderjury. Ze helpen de leerlingen met het kiezen en bespreken van de gelezen boeken.
-
De cursus Open Boek om leerkrachten op te leiden tot leescoördinator. Leescoördinatoren zijn de spil voor de leesbevordering op school. De leescoördinator zorgt voor de basisvoorwaarden zoals ‘voldoende (voor)leestijd’, ‘kwaliteit van werkvormen’, ‘deelname aan leesprojecten’ en ‘deskundigheidsbevordering van leerkrachten’. Een leescoördinator legt plannen en activiteiten vast in een (school)leesplan.
N.b.: de mogelijkheden en prioriteiten per bibliotheek kunnen lokaal verschillen.
-
Wat biedt het project Bibliotheek op School?
In het project Bibliotheek op School is leesbevordering een vanzelfsprekende zaak op meerdere niveaus binnen de school. School en bibliotheek maken afspraken over de inzet. De directie faciliteert het team door geld en tijd beschikbaar te stellen. Kortom: de school beschikt over mogelijkheden om leesbevordering vorm te geven.
De grootste waarde van Bibliotheek op School is het stimuleren van een positieve attitude ten opzichte van leesbevordering bij leerkrachten en leerlingen: leerkrachten weten wat zij moeten doen om de gestelde doelen van leesbevordering te bereiken en de leerlingen zijn gemotiveerd om meer te lezen.
-
Opbrengsten
Concrete opbrengsten zijn de stijging van het aantal leerlingen dat lid is van de bibliotheek en van het aantal geleende boeken per leerling in de bibliotheek en op school: er is 65% groei in het aantal leerlingen dat lid is van de bibliotheek en het aantal uitleningen per leerling is gestegen met maar liefst 115%! De cijfers zeggen echter nog onvoldoende over de leesmotivatie. Eind 2010 is daarom op 90 scholen een leesattitudetoets afgenomen. In november 2011 wordt de toets voor de tweede keer afgenomen en kunnen de resultaten vergeleken worden.
176
6. Literatuur
5. Ontwikkelingen en toekomst
-
De ervaringen die werden opgedaan binnen het project Bibliotheek op School leiden tot inzichten in de lokale en landelijke behoefte in het onderwijsveld. De bibliotheek sluit daarop aan in diensten en producten, waardoor een samenwerking op maat ontstaat.
-
Jongeren en kinderen lezen minder. Bibliotheken beraden zich over hoe ze een andere rol kunnen gaan vervullen. Een van de mogelijkheden voor een toekomst- bestendige rol voor bibliotheken is een nauwere samenwerking met scholen.
-
Het onderzoeksbureau Oberon heeft een landelijk overdraagbaar model opgesteld voor het realiseren van een schoolbibliotheek op basisscholen.
-
Kunst van Lezen werkt aan de ‘Monitor Schoolbibliotheken’. De monitor wordt als pilot uitgezet in het schooljaar 2011-2012 en is vanaf 2012 beschikbaar.
-
Het onderzoek To read or not to read van Suzanne Mol wijst uit dat vrijetijdslezen een drijvende kracht is achter geletterdheid en taalvaardigheid. Leeservaringen faciliteren en beïnvloeden de taal-, lees- en spelvaardigheden door de hele ontwikkeling heen.
-
Bibliotheek op School werkt systematisch aan leeservaringen.
Het uiteindelijke doel blijft dat kinderen op school, door gezamenlijke inspanning van de school en de bibliotheek en door het project Bibliotheek op School, leesroutines aangereikt krijgen en ervaren dat lezen leuk is. Een mogelijk effect is dat ze daarom meer gaan lezen en daardoor beter worden in taal.
6. Voorbeelden
6
Het leescircuit in de praktijk
Indy komt om half 9 enthousiast de klas binnen. Nieuwsgierig kijkt zij op het bord wat zij vandaag mag gaan doen. De dag begint met de dagopening en daar staat lezen! Vandaag mag zij in het leesatelier kiezen. Indy vraagt aan de juf of zij samen met Nabila mag. Uit de keuzelijst gedichten kiezen de meisjes een gedicht van een dichter die heel erg verliefd is. Zo verliefd dat hij alle woorden door elkaar haalt. In plaats van warrig door de lente is hij lenig door de warte. De dichter gebruikt nieuwe woorden die hij zelf bedacht heeft.
Dat kunnen zij ook en Indy en Nabila maken de eerste bladzijde voor het Groot
Woordenboek voor Zelfbedachte Woorden.
Kunst van Lezen-scholen in Utrecht vragen collecties boeken en andere materialen aan bij de bibliotheek om het leescircuit aantrekkelijk en afwisselend te houden.
177
VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
Boekenmeter
Â
In onze klas hebben wij met een aantal kinderen een boekenmeter gemaakt. De bedoeling is dat we allemaal samen heel veel boeken gaan lezen en dat we op die boekenmeter aangeven hoeveel het er zijn. Vandaag hadden twee kinderen, Sem en Meike, al een boek uit en dat hebben ze meteen op de boekenmeter gezet. |
Leesbevordering bij zaakvakken
Het onderwerp van de geschiedenisles vandaag is ontdekkingsreizen. Meester Jan leest voor uit het boek Lang geleden van Arend van Dam, het verhaal gaat over Michiel de Ruyter.
Michiel leefde lang geleden en hij mocht in tegenstelling tot andere kinderen wel naar school. Daar luisterde hij zo slecht dat de meester hem naar huis stuurde. Na lang zeuren mocht Michiel naar zee en hij werd later zelfs kapitein. Toen zijn schip werd aangevallen, liet hij de matrozen het dek insmeren met boter. Alle piraten gleden uit.
Dat was een slimme actie van Michiel, zegt de meester, kunnen jullie er ook nog een bedenken?
Bij de vensters van de canon zijn verhalende leesboeken geselecteerd (Pennen 2010).
178
6. Literatuur
Referenties
Broekhof, K. (2011). Meer lezen, beter in taal, effecten van lezen in taalontwikkeling. Utrecht: Sardes.
Cursus open boek.
(online raadpleegbaar op www.cursusopenboek.nl).
Kunst van het lezen.
(online raadpleegbaar op www.kunstvanlezen.nl/bibliotheekopschool).
Leesplan.
(online raadpleegbaar op www.leesplan.nl).
Mol, S. (2010). To read or not to read. Leiden: Universiteit van Leiden.
Onderzoeksbureau Oberon (2010). Naar een schoolbibliotheek nieuwe stijl, een invoeringsmodel voor bibliotheken op basisscholen. Den Haag: SIOB Publicaties.
Taalpilots.
(online raadpleegbaar op www. taalpilots.nl).
Van der Pennen, W, (2010). Geschiedenis in een boekenkast, de cultuurhistorische canon in 50 verhalen voor kinderen van 8 tot 14 jaar. Amsterdam: Stichting Lezen, SIOB.
Â
Ronde 3 |
6 | ||
Anke Herder & Inge Kappert Het Poëziepaleis, Groningen |
|||
Het Poëziepaleis voor leerlingen van 4 tot 18 jaar
De letters van dichters dansen op een blad Het lijken wel ballerina’s op een mat
De woorden van een gedicht dansen en swingen
Als je goed luistert kan je het gedicht horen zingen
wat mooi is dat
(Alinde Dekker, 9 jaar, Kinderen en Poëzie 2009/2010)
179