Carolien Krikhaar · 25ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2011 · pagina 185 - 189
6. Literatuur
Ronde 3
Carolien Krikhaar
Bibliotheek Utrecht
Contact: c.krikhaar@bibliotheekutrecht.nl
Â
Leeskr8!: leesbevordering voor de onderbouw van het vmbo |
||
Onderwijs en openbare bibliotheek hebben een gemeenschappelijk doel: jongeren helpen zich te ontwikkelen tot zelfstandige, evenwichtige volwassenen. Goed kunnen lezen is hiervoor van groot belang! |
||
6 | ||
“Ik lees nooit”, “ Ik vind lezen saai”, “Ik hou niet van lezen”, het zijn vaak gehoorde uitspraken van leerlingen uit het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) die aantonen dat lezen vaak niet tot hun favoriete tijdsbesteding hoort. Na afloop van een les Leeskr8!hoort de docent regelmatig andere geluiden: “ Er zijn eigenlijk best wel leuke boeken”, “ dit boek is minder stom dan ik dacht”. Dat komt omdat Leeskr8!:
Uit het behoefteonderzoek met als titel Wie leest, heeft de wereld binnen handbereik, een onderzoek onder vmbo-docenten Nederlands over het bevorderen van lezen, wordt de |
||
185
VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
volgende aanbeveling gedaan: “Het zou goed zijn als er voor leerlingen (en docenten) een wervende, interactieve website zou zijn met een actueel aanbod van geschikte titels”. Leeskr8! voldoet aan die behoefte.
Leeskr8! is ontwikkeld voor leerlingen uit de onderbouw van het vmbo en uit het praktijkonderwijs (13-15 jaar), voor docenten vmbo en praktijkonderwijs en voor educatieve medewerkers van (school)bibliotheken.
De doelstelling van Leeskr8! is het vergroten van het leesplezier (van zowel fictie en van non-fictie) bij jongeren, het vergroten van de innerlijke wereld en verbeeldingskracht en het vergroten van de woordenschat.
Onderzoek wijst uit dat vrij lezen bijdraagt aan het vergroten van de woordenschat. Broekhof (2011) vat treffend het onderzoek van Cunningham & Stanovich (1998) samen: “Vrij lezen helpt voor het consolideren, verdiepen en verwerven van woordkennis. Kinderen die gemiddeld een kwartier per dag lezen kunnen hun woordenschat uitbreiden met 1000 woorden per jaar” (14).
Leeskr8! sluit ook aan bij een aantal leerdoelen die zijn geformuleerd in de doorlopende leerlijn taal van het ministerie OCW:
-
de leerling kan meeleven met een personage en uitleggen hoe een personage zich voelt;
-
de leerling kan relaties leggen tussen de tekst en de werkelijkheid;
-
de leerling kan spannende, humoristische of dramatische passages in de tekst aanwijzen;
-
de leerling herkent verschillende emoties in de tekst, zoals verdriet, boosheid en blijdschap;
-
de leerling evalueert de tekst met emotieve argumenten;
-
de leerling kan met medeleerlingen leeservaringen uitwisselen;
-
de leerling kan interesse in bepaalde fictievormen aangeven.
Leeskr8! bestaat uit drie producten:
-
een film (dvd, 9 minuten), waarin 8 jongeren vertellen wat zij hebben met boeken, lezen en de bibliotheek. De film kan gebruikt worden als ‘warming up’, als inleiding op een gesprek van de docent met de leerlingen over lezen.
-
een website voor jongeren (www.leeskr8.nl), met 10 filmpjes over (niet) lezen en een zogenaamde ‘moodmachine’: een spel dat bepaalt welke boeken/tijdschriften bij een bepaalde stemming (mood) passen en dat een boekenlijstje van 5 titels oplevert.
3. een website voor docenten (www. leerkr8.leeskr8.nl), met een digitale lesmodule waarmee de docent zelf lessen kan samenstellen of bestaande lessen kan gebruiken.
186
6. Literatuur
Daarvoor heeft hij/zij de beschikking over een lijst van meer dan 150 boektitels, verschillende vragen en antwoordvormen. Het schoolbord, het krijtje, het schriftje en de pen zijn vervangen door het toetsenbord en het beeldscherm.
In de lesmodule stelt de docent vragen die de leerlingen, ook met behulp van de computer, moeten beantwoorden. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld stemmen op hun favoriete kaft, aangeven waarom ze een boek wel of niet zouden willen lezen of hun mening geven over een boekfragment dat de docent voorleest. De leerling kan het fragment meelezen op het beeldscherm. De docent ontvangt alle reacties en stuurt ze allemaal of deels terug naar de leerlingen, zodat ze vervolgens elkaars reacties kunnen lezen. Leerlingen worden gehoord en gekend in een les Leeskr8!. Net dat is belangrijk voor de groep jongeren waarop Leeskr8! zich richt.
Docenten ontdekken via Leeskr8! de leesvoorkeuren van leerlingen en komen soms via Leeskr8! te weten wat er in een klas speelt. Hoe beter docenten kunnen aansluiten bij het referentiekader van leerlingen, hoe eerder een boekentip raak is!
Er zijn kant-en-klare lessen rond het thema ‘vriendschap’, een les met alleen spannende boeken, een les met boeken met feiten en weetjes, een les met alleen ‘makkelijk lezen-boeken’ of een les ‘lekker lezen’, waarin een combinatie van leesboeken, strips, informatieve boeken en tijdschriften aan bod komen. De docent kan Leeskr8! ook gebruiken voor de aftrap van een project op school, bijvoorbeeld door een les te maken met geschikte boeken voor Read2Me (een voorleeswedstrijd voor brugklassers) of bij de start van de Jonge Jury.
In zijn afstudeeronderzoek Gebruikersonderzoek Leeskr8! verzamelde Frank ter Marsch ervaringen van enkele gebruikers. Een opsomming van een aantal uitspraken:
-
“Handige site bij het helpen kiezen van boeken”
-
“Het maakt echt iets los, vooral omdat leerlingen in de film worden aangesproken door hun gelijken in plaats van door een bibliothecaris”
-
“Het blijft leuk om te doen”
-
“Uitstekend voor het voortgezet onderwijs”
-
“Het leesplezier bij mijn leerlingen is toegenomen”
-
“Onlangs merkte een leerling op dat een boek lekkerder leest dan van een scherm”
-
“ In elk Leeskr8!- uur wordt tien minuten besteed aan het individueel lezen in het door hun gekozen boek”
-
“Soms stellen de leerlingen zelf een les samen”
-
“Een prima product dat goed aansluit bij het lesprogramma”
6
187
VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
Praktische informatie
Leeskr8! vindt best plaats in een computerlokaal. Bij voorkeur heeft elke leerling een eigen computer of zitten er maximaal twee leerlingen aan een computer. Voor bijvoorbeeld een klas met 28 leerlingen zijn 15 computers nodig: 14 voor de leerlingen plus 1 voor de docent.
Op de computers moet een recent internetbrowser geïnstalleerd zijn. , javascript en Flash moeten worden ondersteund. Voor de minimale systeemeisen kijkt u op de docentenpagina van www.leeskr8.nl.
Indien de plaatselijke bibliotheek voldoende computers beschikbaar heeft, kan de les ook in de bibliotheek gegeven worden door een bibliothecaris. Informeer bij de bibliotheek/afdeling educatie naar de mogelijkheden. Boeken waar in de les gebruikgemaakt van wordt, kunnen bij openbare bibliotheken geleend worden en vervolgens worden ingezet bij een project of bij vrij lezen.
Prijs dvd: €15. Het gebruik van de lesmodule is gratis. Gebruikers en belangstellenden worden uitgenodigd deel te nemen aan de gebruikersgroep Leeskr8! op Bibliotheek 2.0 (zie: www.bibliotheek20.ning.com/group/leeskr8).
Een korte reportage over Leeskr8! staat op www.leraar24.nl/video/1906.
Leeskr8! is ontwikkeld door Bibliotheek Rotterdam, Bibliotheek Den Haag, Bibliotheek Utrecht, Openbare Bibliotheek Amsterdam (G4-bibliotheken) en mede mogelijk gemaakt door Provincie Noord-Holland, Provincie Zuid-Holland, Provincie Utrecht, Stichting Lezen en de Vereniging van Openbare Bibliotheken. Advies: SLO.
Referenties
Broekhof, K. (2011). Meer lezen, beter in taal. Effecten van Lezen op Taalontwikkeling. Haarlem: Kunst van het Lezen.
Cunningham, A.E. & K.E. Stanovich (1998). “What Reading Does For The Mind”. In: , journal of Direct Instruction, vol. 1, nr. 2, p. 137-149.
Krashen, S.D. (2004). The Power of Reading: Insights from the Research. Westport, Connecticut/London: Libraries Unlimited.
Meijerink, H.P. (2009). Referentiekader Taal & Rekenen. Ministerie van OCW.
Ter Marsch, F. (201 1). Gebruikersonderzoek Leeskr8!. Afstudeerscriptie aan de
Hogeschool van Amsterdam, opleiding Media, Informatie en Communicatie.
188
6. Literatuur
Van Grinsvent, V., L. van der Woud, L. van den Bulk & M. Kouveld (2010). Wie leest, heeft de wereld binnen handbereik. Behoefteonderzoek onder vmbo-docenten Nederlands over het bevorderen van lezen. Amsterdam: Stichting Lezen.
Ronde 4
Â
Frank van Dixhoorn (a) & Hubert Slings (b)
Contact: dixhoorn@tip.nl Het verleden dichterbij. Bronnen voor de lessen historische letterkunde Een les over het Wilhelmus, als voorbeeld. Immers, wie van ons docenten Nederlands zou niet willen werken met een lied dat iedereen heeft gehoord en iedereen op zijn minst kan mee neuriën? Zelfs de dame daar achter in uw 4 havo-klas met die fantastische nagels en die witte smartphone, ja, die slikte wel even bij dat shot van Sven Kramer op de hoogste trede van het erepodium en de Nederlandse vlag achter hem die langzaam werd gehesen op de melodie van ons volkslied. Iedereen zal in de les over het Wilhelmus een eigen accent leggen. Deelt u kopieën uit van het krantenknipsel over de Tunesische vader die zijn kinderen alle 15 coupletten uit het hoofd liet leren? Heeft u voor iedereen een exemplaar van de tekst met de eerste letters van elk couplet vetgedrukt om uit te leggen wat ook al weer een acrostichon is? Of ziet u hier een mooie kans om te vertellen over de soldaat die tijdens het beleg van Haarlem (1573) op de stadsmuur dat toen nog gloednieuwe lied zat te zingen of over de Spaanse scherpschutter die dat hoorde en het been van de zanger aan gruzelementen schoot? Welk accent, welke kleur, welk gevoel, het maakt niet uit. U bent gewend om daar in dat lokaal te staan. U weet wat ze nodig hebben. Desnoods past u het aan als u bij binnenkomst merkt dat een schriftelijke overhoring natuurkunde de dames en heren niet in de koude kleren is gaan zitten. U maakt er iets moois en iets goeds van. |
|
6 | |
189