Online Tekstbegrip: nieuwe uitdagingen voor Nederlands of trouwen met informatievaardigheden?

Jeroen Clemens  ·  26ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands  ·  2012  ·  pagina 322 - 325

Download artikel

ZESENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS

Knoch, U. (2009). "Diagnostic assessment of writing: A comparison of two rating scales". In: Language Testing, vol. 26, nr. 2, p. 275-304.

Lantolf, J.P. (2009). "Dynamic assessment: The dialectic integration of instruction and assessment". In: Language Teaching, vol. 42, nr. 3, p. 355-368.

Lumley, T. (2002). "Assessment criteria in a large- scale writing test: What do they really mean to the raters?". In: Language Testing, vol. 19, nr. 3, p. 246-276.

McNamara, T. & C. Roever (2006). Language testing• The social dimension. London: Blackwell.

McNamara, T. (2008). Language Testing. Oxford: Oxford University press.

McNamara, T. (2006). "Validity in Language Testing: The Challenge of Sam Messick's Legacy". In: Language Assessment Quarterly, vol. 3, nr. 1, p. 31-51.

Shepard, L.A. (2000). "The role of assessment in a learning culture". In: Educational Researcher, vol. 29, nr. 7, p. 4-14.

Struyf, E. (2004). Evalueren: een leerkans voor leraren en leerlingen. Leuven: Universitaire Pers Leuven.

Weigle, S.C. (1994). "Effects of training on raters of ESL compositions". Language Testing, vol. 11, p. 197-223.

Ronde 7

Jeroen Clemens

Universiteit Twente / Helen Parkhurst Daltonschool Contact: jeroencl@gmail.com

Online Tekstbegrip: nieuwe uitdaging voor Nederlands of trouwen met informatievaardigheden?

Een belangrijk doel van docenten Nederlands is het verbeteren van het tekstbegrip van de leerlingen. We weten dat het tekstbegrip van leerlingen vaak slecht is en dat zich dat wreekt in hun hele schoolcarrière en in de maatschappij. We beschouwden tekstbegrip lange tijd als onze expertise. Maar zijn we ook nog experts in het begrijpen van digitale teksten online?

Onze maatschappij is veranderd in een kennismaatschappij (Voogt & Roblin 2010). Dat betekent dat het omgaan met informatie en het delen van kennis nog belangrijker is geworden dan vroeger. De wijze waarop we informatie krijgen, is echter funda-

322

11. Taalvaardigheid

menteel veranderd: het is grotendeels digitaal, heel vaak online, de hoeveelheid is ontzettend toegenomen en rijpe en groene informatie staat door elkaar.

Leerlingen moeten binnen en buiten de school veel omgaan met digitale informatie. Soms denken we dat ze daar heel bedreven in zijn, maar dat is onwaar. Het hardnekkige misverstand dat we leerlingen als digital natives digitaal niets meer kunnen leren, is inmiddels duidelijk weersproken (Bennett, Maton & Kervin 2008).

Uit tal van onderzoeken blijkt dat jongeren moeite hebben met digitale vaardigheden, zoals het zoeken en beoordelen van informatie (van Deursen 2010; Walraven 2008). Die vaardigheden ontwikkelen zich ook niet met de leeftijd (Kolowich 2011). Aan zoeken en beoordelen van informatie wordt incidenteel aandacht gegeven bij Nederlands en bij informatievaardigheden (binnen of buiten valdessen).

Maar hoe staat het met tekstbegrip online? Gebleken is dat veel leerlingen grote problemen hebben met online tekstbegrip (OTB), het begrijpen van teksten online. In 2009 heeft PISA gekeken naar OTB enerzijds en tekstbegrip van teksten op papier anderzijds bij leerlingen van 15 jaar en werden beide met elkaar vergeleken (OECD 2011). Gemiddeld ongeveer 20% van de leerlingen heeft grote problemen met OTB. Interessant is dat niet altijd dezelfde leerlingen zowel problemen hebben met OTB als met traditioneel tekstbegrip. Ook Julie Coiro heeft onderzoek gedaan naar het OTB van leerlingen met het instrument Online Reading Comprehension Assessment (ORCA) (Coiro & Kennedy 2011). Ook zij ziet dat veel leerlingen falen bij OTB (Coiro 2007).

Om het probleem met OTB te verklaren kunnen we kijken naar twee factoren:

  1. nieuwe teksten

Teksten online zijn anders dan traditionele teksten. Het zijn geen lineaire teksten meer met een begin, middenstuk en slot. De teksten zijn vaak multimediaal (letters, plaatsjes/schema's en video) en gestructureerd met hyperlinks, die verwijzen naar een ander onderdeel van de tekst of naar teksten elders online. Ook het auteurschap van de tekst is moeilijker te bepalen. En, als laatste, zijn teksten niet meer constant hetzelfde: ze veranderen voortdurend. Er zijn dus nieuwe tekstsoorten ontstaan met hun eigen kenmerken (Cosgrove, Perkins, Moran & Shiel 2011).

 
  1. vaardigheden die nodig zijn om die nieuwe teksten te begrijpen

Er worden andere vaardigheden van leerlingen gevraagd. Donald Leu, Julie Coiro en collega's doen al lang onderzoek naar OTB. Zij gaan ervan uit dat er sprake is van een uitbreiding van de 'ouderwetse' geletterdheid. Ze concluderen dat "online reading comprehension shared a number of similarities with offline reading comprehension — but also included a number of important differences" (Coiro & Dobler 2007). Op sommige vaardigheden van traditioneel tekstbegrip wordt een

 

11

 

323

ZESENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS

nog intensiever beroep gedaan (bv. metacognitie: vasthouden van de hoofdvraag ) en sommige vaardigheden zijn nieuw (bv. navigatievaardigheden en combineren van letters, audio en video).

Online Tekstbegrip is dus een serieus probleem (Coiro et al. 2008; OECD 2011). En blijkbaar vraagt OTB speciale vaardigheden. Net dat is een nieuwe, uitdagende opdracht voor het onderwijs en in het bijzonder voor de docent Nederlands.

Maar wat doet het onderwijs hieraan? Het zoeken, vinden en beoordelen van informatie wordt soms benoemd en onderwezen als informatievaardigheden. Maar het begrijpen van teksten online, OTB, is nog helemaal niet in beeld, ook niet bij Nederlands waar tekstbegrip wordt onderwezen. Maar wij moeten leerlingen wel voorbereiden op de moderne maatschappij. Er is dus een grote kloof tussen de gewenste situatie en de praktijk.

Dat OTB nog geen aandacht krijgt, is goed te begrijpen omdat:

  •  het nog niet duidelijk is wat die nieuwe vaardigheid inhoudt;

  •  er nog geen onderzoek beschikbaar is voor de Nederlandse situatie en er nauwelijks over gepubliceerd is in Nederlandse vakbladen;

  •  docenten nog geen instrumenten hebben om OTB te meten bij de leerlingen en bij zichzelf;

  •  docenten nog geen aanwijzingen hebben hoe ze dit nieuwe onderdeel in hun curriculum zouden moeten aanpakken;

  •  het examen en de schoolboeken alleen gericht zijn op traditioneel, offline tekstbe-

grip.

Ik ben in september 2011, naast mijn werk als docent Nederlands, begonnen aan een promotieonderzoek naar Online Tekstbegrip aan de Universiteit Twenter. In het afgelopen jaar heb ik een literatuurstudie gedaan. Hiervan verschijnt een publicatie via Kennisnet (Clemens & Walraven 2012). Ik heb gekeken wat er bekend is over Online Tekstbegrip en wat eraan gedaan wordt in het onderwijs.

Komend jaar wil ik een landelijke survey doen onder docenten Nederlands, waarin ik wil onderzoeken wat zij weten en vinden van OTB en welke belemmeringen er zijn om aandacht te besteden aan OTB. De jaren daarna wil ik gaan ontwerpen met docenten, de ontwerpen implementeren in het onderwijs en kijken wat het resultaat daarvan is op de competentie van de docenten en de vaardigheid OTB bij de leerlingen.

In deze presentatie wil ik mijn bevindingen met u delen over wat OTB is, wat er in het onderwijs aan gedaan wordt en wat wij ermee zouden willen. De presentatie is dus een mix van presenteren en discussiëren. Ik hoop op een grote opkomst.

324

11. Taalvaardigheid

Ten slotte heb ik een oproep voor docenten Nederlands om deel te nemen aan mijn survey. U kunt uw interesse aangeven via http://bit.ly/TSEoUG. Alvast hartelijk bedankt.

Referenties

Bennet, S., K. Maton & L. Kervin (2008). "The 'digital natives' debate: A critical review of the evidente". In: British Journal of Educational Technology, jg. 39, nr. 5, p. 775-786.

Clemens, J. & A. Walraven (2012, in voorbereiding). Online tekstbegrip in een digitale kennissamenleving. Zoetermeer: Kennisnet.

Coiro, J.L. (2007). "Exploring changes to reading comprehension on the Internet: Paradoxes and possibilities for diverse adolescent readers" (online raadpleegbaar op: http://ctellLuconn.edu/coiro/coirospencer.pdf).

Coiro, J.L. & E. Dobler (2007). "Exploring the Online Reading Comprehension Strategies Used by Sixth-Grade Skilled Readers to Search for and Locate Information on the Internet". In: Reading Research Quarterly, jg. 42, nr. 2, p. 214257.

Coiro. J.L. & C. Kennedy (2011). The Online Reading Comprehension Assessment (ORCA). Project: Preparing Students for Common Core Standards and 2151 Century Literacies. Interval publication The Orca Project New Literacies Research Team.

Kolowich, S. (2011). "News: What Students Don't Know — Inside Higher Ed." (online raadpleegbaar op: http://bit.ly/oFvnVF).

OECD (2011). PIM 2009 Results: Students On Line. OECD Publishing, p. 395.

Van Deursen, A.J.A.M. (2010). "Internet skins: vital assets in an information society" (online raadpleegbaar op doc.utwente.nl)

Voogt, J. & N.P. Roblin (2010). 215t Century Skilis. Discussienota (Universiteit Twente). Zoetermeer: Kennisnet, p. 375.

Walraven, A. (2008). Becoming a critical websearcher: Effects of instruction to foster transfer. Proefschrift Open Universiteit Nederland.

 

Noten

11

1 Begeleiders van het onderzoek zijn dr. Amber Walraven, dr. Joke Voogt en prof. dr. Jules Pieters. Amber Walraven werkt intussen als senior researcher aan het ITS, verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen.

325

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
leesonderwijs
begrijpend lezen
taalcompetenties
land
Nederland
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs
thema
onderwijsleermateriaal
ICT

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

26ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2012