Online geletterdheid in de 21ste eeuw: een nieuwe uitdaging voor leraren Nederlands

Jeroen Clemens  ·  28ste Conferentie Onderwijs Nederlands  ·  2014  ·  pagina 199 - 202

Download artikel

7. Onderwijsinnovatie

Ronde 8

Jeroen Clemens

Helen Parkhurst Daltonschool Contact: jeroencl@gmail.com

Online geletterdheid in de 21ste eeuw: een nieuwe uitdaging voor leraren Nederlands

Naast mijn werk als leraar Nederlands doe ik promotieonderzoek naar online geletterdheid. Eerst heb ik onderzocht wat online geletterdheid betekent en wat de consequenties zijn voor het onderwijs. Daarna heb ik in een landelijke survey onder leraren Nederlands onderzocht wat zij weten en denken over online geletterdheid en wat de consequenties ervan zijn voor hun onderwijs. Dit schooljaar ben ik begonnen met leraren Nederlands van het Vathorstcollege in Amersfoort, waarin we materiaal en lessen ontwerpen, nadenken over een nieuwe didactiek en dit tijdens de lessen uitproberen in de klas. Ik onderzoek wat het oplevert. Hiervoor ontwerp ik ook toetsen voor online geletterdheid. Na dit jaar weten we beter wat werkt en wat niet. Daarna wil ik met meerdere scholen een grootschaliger ontwikkel- en implementatietraject starten.

Communiceren en delen van informatie gebeurt tegenwoordig vooral online, op het internet. Een voordeel is dat de meeste informatie makkelijk te bereiken is en dat we toegang hebben tot heel veel informatie. Het probleem is dat het op het internet moeilijk is om tussen de miljoenen teksten de gewenste informatie te vinden en dat het gevaar groot is dat je de weg kwijt raakt online. Ook is de kwaliteit van de informatie heel wisselend (want het internet heeft geen redactie, zoals bij traditionele boeken en artikelen), verandert informatie op het internet heel snel en is het niet altijd duidelijk wie ervoor verantwoordelijk is. Iedereen is het er echter wel over eens dat, om te kunnen participeren in deze maatschappij, iedereen ook online geletterd moet zijn (European Commission 2008).

Leerlingen, de digital natives, zijn vaak heel bekwaam in het gebruiken van nieuwe apps en programma’s en zijn altijd online. Maar ze zijn lang niet altijd goed in het begrijpen en gebruiken van online informatie. We zien dat ook op school en er is inmiddels veel onderzoek beschikbaar dat veel leerlingen daarmee problemen hebben (Coiro & Kennedy 2011; Leu e.a. in press; OECD 2011). Goed zijn in tekstbegrip van traditionele (papieren) teksten blijkt niet voldoende om online teksten te begrijpen (Coiro & Dobler 2011). Voor het begrijpen van online informatie heb je niet voldoende aan de traditionele vaardigheden voor offline tekstbegrip. Er zijn additionele

7

199

28ste HSN-CONFERENTIE

vaardigheden nodig. We spreken dan over nieuwe vaardigheden voor online geletterdheid (Leu e.a. 2013). Ook zijn sommige traditionele vaardigheden, zoals kritisch lezen, nog van veel groter belang.

Enkele verklaringen voor de problemen van leerlingen zijn:

  1. informatie online heeft andere kenmerken dan offline teksten;

  2. de informatiecontext van het internet en van nieuwe manieren van informatie delen verandert voortdurend;

  3. lees- en schrijftaken zijn veel complexer geworden en hebben meer de vorm van onderzoek doen.

Aanleren van online geletterdheid is in elk geval een taak voor leraren Nederlands. Onze definitie van geletterdheid moet op de schop. Er moet wat veranderen in het onderwijs, te beginnen bij het taalonderwijs (Leu e.a. 2011). Het is een heilloze weg om een apart vak als informatievaardigheden toe te voegen. Alle ‘informatievaardigheden’ zijn vaardigheden die we bij lees- en schrijfonderwijs (kunnen) aanleren.

Maar in Nederland gebeurt er nog niet veel aan online geletterdheid. Er wordt hieraan bij Nederlands helemaal geen aandacht gegeven in kerndoelen, eindtermen en referentieniveaus taal. Ook in de examens worden alleen maar lineaire offline teksten gebruikt. In de schoolboeken komen er opdrachten en cursussen over informatievaardigheden of documenteren, maar die staan over het algemeen los van lees- en schrijfvaardigheid. Dat kan liggen aan een gebrek aan kennis over de nieuwe vaardigheden, aan het feit dat er grote verwarring bestaat in de terminologie en het door de docent niet wordt herkend als iets dat bij zijn vak past (digitale geletterdheid, 21st century skills, mediawijsheid) of aan angst voor het nieuwe en onbekende. Wat we wel weten uit mijn survey onder docenten Nederlands is dat ze het belangrijk vinden dat er aandacht voor komt, dat ze zeggen dat ze er geen materiaal voor hebben en dat ze veel behoefte hebben aan scholing (Clemens 2014). In sommige andere landen is het besef meer doorgedrongen dat de huidige maatschappij vraagt om nieuwe online vaardigheden. In de Verenigde Staten zijn de eindtermen aangepast in Common Core State Standards (Leu e.a. 2013). De reden hiervoor is: “To be ready for college, workforce training, and life in a technological society, students need the ability to gather, comprehend, evaluate, synthesize, and report on information and ideas, to conduct original research in order to answer questions or solve problems, and to analyze and create a high volume and extensive range of print and nonprint texts in media forms old and new. The need to conduct research and to produce and consume media is embedded into every aspect of today’s curriculum” (NGA Center CCSSO s.d.). Er zijn al goede voorbeelden van concrete eindtermen, lesmateriaal en didactiek ontwikkeld, waar we ons door kunnen laten inspireren.

200

7. Onderwijsinnovatie

De vraag is hoe we ervoor zorgen dat online geletterdheid de aandacht krijgt die het verdient. Ten eerste het onderwijs (scholen, leraren en lerarenopleidingen) en instituten die daarbij betrokken zijn (Cito, SLO, etc.) overtuigen van de noodzaak om aandacht te besteden aan online geletterdheid. Verder overeenstemming bereiken over een nieuwe definitie van geletterdheid. Ook werken aan het maken van lessen en lesmateriaal en het ontwikkelen van didactiek, in samenwerking met scholen en leraren (en misschien met lerarenopleidingen). Uitproberen, bijstellen en delen. Ik probeer hier aan bij te dragen door:

  1. onderzoek te doen en te ontwikkelen;

  2. voorlichting te geven en te discussiëren in workshops en lezingen

  3. in de praktijk aan de slag te gaan met innovatieve scholen.

Ook werk ik sinds dit jaar een halve dag in de week bij Malmberg, die het aandurft om online geletterdheid in de schoolboeken Nederlands op te gaan nemen. Interessant is dat Vlaanderen ook aan de slag wil. Ik hou activiteiten waar ik bij ben betrokken bij op mijn website: http://jeroenclemens.nl.

Referenties

Clemens, J. (2014). “Online tekstbegrip en online geletterdheid. Het nieuwe lezen, anders bekeken”. In: Levende Talen Magazine, jg. 2014, nr. 4, p. 4-8.

Coiro, J. & E. Dobler (2011). “Exploring the online reading comprehension strategies used by sixth-grade skilled readers to search for and locate information on the internet”. In: Reading Research Quarterly, vol. 43, nr. 2, p. 214-257.

Coiro, J. & C. Kennedy (2011). “The Online Reading Comprehension Assessment (ORCA) Project: Preparing Students For Common Core Standards and 21st Century Literacies”. Online raadpleegbaar op: http://coiroisenate2013.wikispaces.com.

European Commission (2008). Digital Literacy. Uitgeverij onbekend, p. 1-23.

Leu, D.J., E. Forzani, C. Burlingame, J. Kulikowich, N. Sedransk, J. Coiro & C. Kennedy (2013). ‘The new literacies of online research and comprehension: Assessing and preparing students for the 21st century with Common Cor State Standards’. In: S. Neuman & L. Gambrell. Quality Reading Instruction in the Age of Common Core Standards. International Reading Association, z.p.

Leu, D.J., C. Kiili & E. Forzani (in press). ‘Individual Differences in The New Literacies of Online Research and Comprehension’. In: P. Afflerbach. Handbook of Individual Differences in Reading: Reader, Text and Context. New York: Routledge.

7

201

28ste HSN-CONFERENTIE

Leu, D.J., J.G. McVerry, I. O’Byrne, C. Kiili, L. Zawilinski, H. Everett-Cacopardo e.a. (2011). “The new literacies of online reading comprehension: Expanding the literacy and learning curriculum”. In: Journal of Adolescent & Adult Literacy, vol. 55, nr. 1, p. 5-14.

NGA Center CCSSO (s.d). ‘Core Standards’. Online raadpleegbaar op: http://www.corestandards.org.

OECD (2011). PISA 2009. Results. OECD Publishing.

202

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
informatievaardigheden
onderwijsbeleid
land
Nederland
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs
thema
onderwijsleermateriaal
ICT

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

28ste Conferentie Onderwijs Nederlands · 2014