Waarom nog debatteren?

Dicky Antoine & Veerle Maniquet  ·  28ste Conferentie Onderwijs Nederlands  ·  2014  ·  pagina 320 - 323

Download artikel

28ste HSN-CONFERENTIE

Ronde 6

Dicky Antoine (a) & Veerle Maniquet (b)

  1. Koninklijk Atheneum I, Brugge

  2. Koninklijk Atheneum, Tervuren Contact: debatwedstrijd@telenet.be http://www.facebook.com/debatwedstrijd

Waarom nog debatteren?

  1. Inleiding

Het is een vreemde paradox dat in een wereld waarin nieuwe technologieën onze communicatie intensifiëren en iedereen meer en meer zijn stem wil laten horen, we net in ons onderwijs maar weinig aandacht hebben voor de manier waarop we het best met elkaar van gedachten wisselen. Meer nog, in een democratische samenleving primeert het debat tussen verschillende meningen en is het nodig om verschillende ideeën op een correcte, vlotte en duidelijke manier over te brengen. Een voorwaarde voor een goedwerkende democratie is dan ook het bestaan van een echte debatcultuur. De vraag is of we onze leerlingen en studenten nog wel voldoende voorbereiden op een goed debat en hen de debatcompetenties meegeven die van hen mondige en kritische burgers moeten maken. Hoe onderhevig zijn we anders aan demagogie, manipulatie en retorische trucs als we niet geleerd hebben hoe je echt debatteert. De grondslagen van een debatcultuur liggen uiteraard thuis, maar ook op school. Debatteren moet je immers leren.

Een goed debat is niet enkel een retorisch spel of gevecht waarbij iedereen voet bij stuk houdt zonder na te denken over wat de tegenstander probeert te bereiken. Wie leert debatteren, ontdekt gauw dat inzicht in andermans denkwijze en logica heel belangrijk is. Dat een eerlijke en vooral correcte manier van debatteren hem of haar meer overtuigingskracht kan geven en daarbij de tegenstander uitdaagt en dwingt om dat ook te doen. Een goed debat is geen schreeuwgevecht, maar het toppunt van menselijk redeneren.

Met het creëren van een Vlaamse debatwedstrijd voor de derde graad proberen we alvast de debatcultuur een duw te geven. Daarvoor inspireren we ons op wat in Nederland al langer bestaat en wat in veel Angelsaksische landen een evidentie is.

  1. Het effect en het belang van debatteren

Er is nogal wat Amerikaans onderzoek naar de effecten van debatteren in de klas. Ook in Nederland lijkt men een eerste aanzet te doen (van der Woude 2012). Enkele voor-

320

11. Taalvaardigheid

oordelen over debatteren worden in de onderzoeken grondig onderuit gehaald. Zo is debatteren helemaal geen vrijblijvende oefening of een spelletje. Ook lijkt het helemaal niet op sommige debatprogramma’s waarbij de luidste en de brutaalste wint. Debatteren is meer dan deze karikatuur en als het in schoolverband op een didactische manier wordt toegepast, brengt het leerlingen heel wat bij. Zo suggereert een Engelse overzichtsstudie dat leerlingen (Akerman 2011):

  1. beter begrip ontwikkelen;

  2. kritischer leren denken;

  3. communicatief vaardiger worden;

  4. hogere studieverwachtingen hebben;

  5. meer zelfzekerheid kweken;

  6. zich bewuster worden van culturele identiteit en diversiteit.

In Amerikaanse en Engelse scholen wordt debatteren als een ernstig onderdeel van het curriculum beschouwd. Ook universiteiten richten er debating classes in, als onderdeel van wat ze Leadership Studies noemen. Het is wellicht daarom dat we Angelsaksische landen associëren met de kunst van het debatteren en met debatcultuur.

In Vlaanderen en Nederland is debatteren eerder een bijkomstigheid in een klas en afhankelijk van de leerkracht raken leerlingen er bedreven in. Wie het ernstig aanpakt en een aantal simpele debatformules toepast, zal merken dat leerlingen erg enthousiast zijn en blijk geven van de positieve ontwikkelingen die hierboven worden opgesomd.

Er zijn een aantal initiatieven in Nederland en Vlaanderen die het debatteren in het onderwijs willen stimuleren. Het organiseren van landelijke debatwedstrijden is alvast een stimulans om leerlingen en scholen gemotiveerd te krijgen.

3. Wat doet Nederland?

In Nederland organiseert De Stichting Nederlands Debat Instituut al zeventien jaar onderwijsactiviteiten met als doel “het debat als methode een vaste plek te geven in het curriculum op alle Nederlandse scholen”. Ook richten ze de nationale debatkampioenschappen in voor alle onderwijsniveaus. Zowat 400 scholen doen hier aan mee en op hun website vind je nuttige informatie en lesmaterialen voor leerkrachten. Ook geven ze nascholingen en leiden ze leerkrachten op om debatteams op te richten.

In tegenstelling tot andere organisaties, zoals Debatrix en het meer gecommercialiseerde Op weg naar het lagerhuis, sluit De Stichting Nederlands Debat Instituut aan bij een internationaal erkende debatformule. Nederland is dus al ruime tijd op weg om een debatcultuur vanuit het onderwijs mogelijk te maken.

11

321

28ste HSN-CONFERENTIE

  1. Wat gebeurt er in Vlaanderen?

In Vlaanderen bestaat er sinds twee jaar een samenwerking tussen twee Athenea, Het Koninklijk Atheneum Tervuren en het Koninklijk Atheneum I, Brugge, om de Vlaamse debatwedstrijd voor de derde graad te organiseren. Een tiental scholen neemt jaarlijks deel aan deze wedstrijd.

Een enquête onder deelnemers en leerkrachten bracht aan het licht dat deelnemende leerlingen bijzonder positief staan tegenover dergelijke wedstrijden. Daarbij bevestigden leerkrachten vooral de Amerikaanse onderzoeken. Bij de vraag wat ze als de voordelen zagen aan de deelname aan een debatwedstrijd vonden leerkrachten dat leerlingen “meer dan een stap vooruit zetten. Ze groeien in spreekdurf, taalvaardigheid en flexibiliteit” (interne enquête 2013).

Leerlingen vonden debatteren “handig voor in de toekomst. Je leert correct je mening te uiten door te spreken, maar ook te luisteren. Je komt in contact met leeftijdsgenoten”. Knelpunten waren echter de voorbereiding en het gebrek aan goede voorbeelden en ondersteuning.

Daar willen we uiteraard werk van maken, zodat debatteren als methode en cultuur een echte kans maakt. De idee bestaat immers om binnen afzienbare tijd, samen met De Stichting Nederlands Debat Instituut, een supercup te organiseren. Landsgrenzen hoeven immers geen hinder te zijn in een echt debat. Hieronder vind je alvast de debatformule die ook internationaal wordt gehanteerd. Zo kan je meteen aan de slag

  1. Startkabels voor debatteren op school

Hoe ziet een debatwedstrijd eruit en hoe kan je met deze formule aan de slag in de klas? Er is vooral bij De Stichting Nederlands Debat Instituut heel wat interessant materiaal te vinden. De website (www.schooldebatteren.nl) deelt heel wat videomateriaal en lesbundels. Ook posten ze regelmatig nieuwe stellingen die leerkrachten kunnen gebruiken in de klas. In Vlaanderen is er sinds kort www.facebook.com/debatwedstrijd,waar je voorbereidingsmateriaal voor de Vlaamse wedstrijd kunt bezichtigen en downloaden.

Een wedstrijd heeft de volgende opstelling en regels:

  • Elke ploeg bestaat uit drie leden. Elk lid neemt een ronde voor zijn rekening.

  • De leerkracht mag niet helpen tijdens het debat.

  • Er wordt geen gebruik gemaakt van een coach in de teams.

322

11. Taalvaardigheid

Het verloop van het debat:

  • Opzetronde: voorstanders (3 minuten) – tegenstanders (3 minuten)

  • Verweerronde: voorstanders (3 minuten) – tegenstanders (3 minuten)

  • Conclusieronde: tegenstanders (2 minuten) – voorstanders (2 minuten)

Argumenteren:

Argumenten worden ontwikkeld in de opzetronde en de verweerronde. In de conclusieronde worden geen nieuwe argumenten aanvaard.

Interrupties:

Een interruptie bestaat uit een vraag of opmerking van maximum 15 seconden, opgeworpen tijdens het debat. De tijd van de spreker blijft gewoon doorlopen. Interrupties zijn alleen toegelaten in de opzetronde en de verweerronde.

De stelling:

Het wordt niet toegestaan om de stelling te wijzigen. Het wordt wel toegestaan dat de voorstanders de stelling vernauwen. De vernauwde stelling en de definitie van de stelling moeten gevolgd worden door de tegenstanders. Als de vernauwing te scherp is, waardoor er onvoldoende ruimte is voor een debat, zal de jury dat tijdens de beoordeling in rekening brengen.

Tijd:

De niet-gebruikte spreektijd van de vorige spreker wordt overgedragen aan de volgende spreker van het andere team, met uitzondering van eventuele overgebleven tijd in de conclusieronde. De spreker kan de extra tijd aanvaarden of weigeren.

Professor Jean Paul Van Bendegem brak onlangs nog een lans voor meer retorische vaardigheden in het Vlaamse onderwijs en heeft met veel plezier het peterschap van de debatwedstrijd op zich genomen. We hopen alvast hiermee de start van een Vlaamse debatcultuur te hebben genomen.

Referenties

Akerman, R. & N. Neal (2011). “Debating the Evidence: an international review of current situation and perception, research report”. In: CfBT Education Trust and English Speaking Union 1 okt. 2011.

Janssen, D., T. Sanders & N. van der Woude (2012). “Hear, Hear! Leer scholieren debatteren”. In: Levende Talen Magazine, jg. 99, nr. 5, p. 10-13.

11

323

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
mondelinge taalvaardigheid
taalcompetenties
land
België
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

28ste Conferentie Onderwijs Nederlands · 2014