SPEL ABC: Spelling en Woordenschat voor leerlingen met een grote taalachterstand

Frank Stolp  ·  27ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands  ·  2013  ·  pagina 297 - 298

Download artikel

9. Zorgleerlingen

  1. het formuleren van doelen;

  2. het verzamelen van gegevens;

  3. het registreren van gegevens;

  4. het bruikbaar maken van gegevens;

5. het nemen van onderwijskundige beslissingen, uitvoeren en bijstellen.

Nadat deze handelingsgerichte cyclus is besproken, wordt ingegaan op (a) nut en noodzaak van OGW, (b) knelpunten, kansen en bedreigingen en (c) voorwaarden om aan OWG bij leerlingen met een ondersteuningsbehoefte te doen. Is dit een manier om van passend onderwijs in de praktijk een succes te maken?

Ronde 6

Frank Stolp

Praktijkschool Singelland De Venen, Drachten Contact: f.stolp@singelland.nl

SPEL ABC: Spelling en Woordenschat voor leerlingen met een grote taalachterstand

Als AVO-coördinator in het praktijkonderwijs (in Vlaanderen te vergelijken met het buitengewoon secundair onderwijs – niveau 3) heb je te maken met leerlingen met een relatief grote taalachterstand. Ze hebben moeite met het zuiver schrijven en door de lage woordenschat is het voor deze doelgroep ook moeilijker om spellingsregels toe te passen. Het zijn leerlingen die behoefte hebben aan een herkenbare structuur met repeterende patronen. In de uitstroom zie je die leerlingen terechtkomen in (beschermde) assistent-functies, waarin ook sprake is van herhaling van dezelfde werkzaamheden. Daar halen zij hun succesbeleving uit. Ook in de lagere stromen van het vmbo, het mbo en in delen van het vso zijn er veel leerlingen die behoefte hebben aan een gestructureerd ritmisch aanbod met veel aandacht voor woordenschat. Maar ook voor leerlingen met faalangst, dyslexie of met een NT2-achtergrond biedt SPEL ABC de fijnmazige structuur die hen het zelfvertrouwen geeft om door te groeien.

 

SPEL ABC is verdeeld in 45 spellingscategorieën en dekt het volledige spellingsonderwijs af. Binnen elke spellingscategorie zijn er logisch geordende woordpakketten die telkens op dezelfde manier worden aangeboden. Er is geen afleiding met telkens wisselende werkvormen of interacties. Elk werkboek kent dezelfde opbouw. In de herhaal- boeken (Mixboeken) worden de spellingscategorieën die eerder zijn behandeld door elkaar geoefend en wordt getest of leerlingen het geoefende ook kunnen toepassen. Dan is er ook meer variatie in de oefenstof.

 

9

 

297

ZEVENENTWINTIGSTE CONFERENTIE ONDERWIJS NEDERLANDS

Via het instapdictee wordt nauwkeurig gescreend wat een leerling beheerst en waar een leerling uitvalt. Zodoende kan elke leerling aanbod op maat krijgen. Elk werkboek wordt afgesloten met een dictee. Na enkele werkboeken volgt een herhaalboek met wederom een dictee over de geoefende spellingscategorieën. Er is voor elke leerling een individuele volgkaart waarop de vorderingen worden ingevuld.

SPEL ABC kan remediërend, naast de reguliere methode, gebruikt worden, maar kan ook als leerlijn worden ingezet. Er is bewust gekozen voor kopieermappen, aangezien in een schooljaar niet alle werkboeken aan de orde komen. Je gebruikt alleen de werkboeken van de spellingscategorieën die bij het instapdictee onvoldoende scoorden. Naast de kopieermappen zijn er ook digitale uitlegkaarten en hulpkaarten die uitstekend aansluiten bij een instructie met een digibord.

Een leerling die alle spellingscategorieën van SPEL ABC met succes heeft afgerond, situeert zich op het 2F-niveau. Kortom, SPEL ABC misstaat niet op scholen met leerlingen met een grote taalachterstand. Je kunt heel gericht hulp bieden en de leerling kan in korte tijd zelfstandig aan de slag dankzij de transparante opbouw en werkwijze.

Ronde 7

Erna Janssens

VVKBaO

Contact: erna.janssens@vsko.be

Geletterd: een verhaal van meer dan zelfredzaamheid

De plannen voor een hervorming in het secundair onderwijs waar in Vlaanderen zoveel om te doen is, waren voor ons mede de aanleiding voor een kritische reflectie. Twee uitgangspunten stelden we voorop: we willen de leerling en zijn ontwikkelingsperspectief centraal stellen en daarbij vertrekken vanuit een breed vormingsconcept. Die vorming is er voor alle leerlingen en houdt in dat elke leerling – ook diegene die het meeste risico loopt – aan bod komt en rijke contexten aangeboden krijgt; contexten die jongeren toelaten om hun kennis van de wereld (verder) uit te bouwen.

Het voorbije schooljaar verkenden we ‘geletterdheid’ als kans om met kwetsbare jongeren te werken aan een brede vorming. De focus van dit verhaal ligt bij jongeren die het basisonderwijs verlaten zonder getuigschrift en dus in Vlaanderen in de huidige B- stroom terechtkomen – het schakeltraject zoals dat in het masterplan hervorming secundair onderwijs genoemd wordt.

298

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
schrijfonderwijs
spelling
woordenschat
land
Nederland
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs
thema
onderwijsleermateriaal
papier

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

27ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2013