Helena Taelman · 26ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 2012 · pagina 128 - 132
ZESENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
Ronde 4
Helena Taelman
Katholieke Hogeschool Sint-Lieven, Sint-Niklaas Contact: Helena.Taelman@kahosl.be
Tussen taal en thee. Een filmpje over taalontwikkelend lesgeven in de kleuterklas
-
Situering
Taalstimulering in de kleuterklas is zo veel meer dan verhalen vertellen. Elk gesprek en elke activiteit biedt kansen om aan taalstimulering te doen. Maar hoe doe je dat? Studenten uit de opleiding `kleuteronderwijs' laten vaak heel wat kansen liggen om aan taalstimulering te doen tijdens hun stage. Het is voor hen erg moeilijk om de vertaling van de theorie naar de praktijk te maken. Maar ook voor de niet-taaldocenten is het niet altijd duidelijk wat taalstimulering juist inhoudt.
De professionele bache/oropleidingen leraar 'kleuter- en lager onderwijs' van de Arteveldehogeschool en KAHO Sint-Lieven werkten, dankzij financiering van de Orde van den Prince en in samenwerking met leraren uit het kleuter-, lager en secundair onderwijs en vakbegeleiders van de Diocesane Pedagogische Begeleidingsdiensten Bisdom Gent en Antwerpen, het project Taalontwikkelend lesgeven: hoe doe je dat? uit. In het project werden op een professionele manier opnames gemaakt van taalontwikkelend lesgeven in de klaspraktijk.
-
Inhoud van het filmpje
Het filmpje speelt zich af in een eerste kleuterklas (bij de 3-jarigen) in de dorpsschool van Oordegem. We hebben er bewust voor gekozen om geen concentratieschool) in beeld te brengen, omdat we het signaal willen geven dat taalontwikkelend lesgeven in elke klassituatie van belang is. Zoals in de meeste Vlaamse kleuterklassen zitten er een paar anderstalige kleuters in de groep en is de sociaaleconomische status van de families divers.
De centrale activiteit is een 'doe-liedje' van S. Van Vaerenbergh.
128
5. Lerarenopleiding Basisonderwijs
Afbeelding 1: Pim pam peus, deel 1, p.13, Stan Van Vaerenbergh.
Dit taalaanbod is niet vanzelfsprekend voor 3-jarigen. Er staan minder vertrouwde woorden in, zoals 'koken' (in de betekenis van borrelen bij 1001, 'thee' (niet alle kleuters zien hun ouders thee drinken), 'kopje' (Vlaamse tussentaal: `tas'), 'inschenken' (ingieten) en minder frequente zinsconstructies zoals 'luister hoe het water kookt'.
De juf zingt het liedje eerst volledig en brengt het vervolgens zin per zin. De kleuters verbinden de inhoud van elke zin met hun eigen leefwereld en bedenken zelf hoe ze dat kunnen uitbeelden. De interactie met de juf en de acties die de kleuters aan het liedje koppelen, helpen de kleuters om het taalaanbod te absorberen. Aan het liedje gaat een kringgesprek over ontbijtgewoonten vooraf, waarin de juf meer open vragen met meer gesloten vragen afwisselt. Het gesprek eindigt met een denkstimulerende open vraag: 'Hoe maak je thee?' De juf verdiept het antwoord van de kleuters met deelvragen en geeft taalfeedback.
Na het liedje volgt een geleide waarneming van thee in kleine groepjes. De juf vraagt de kleuters om te verwoorden wat er gebeurt, maar reikt ook zelf woorden aan en definieert enkele woorden. De opname eindigt met een begeleid winkelspel, waarbij de juf de gespreksroutine van een winkelgesprek modelleert. Door middel van tussenshots worden een aantal andere activiteiten gesuggereerd: 'een vertelmoment', 'rollenspel in de huishoek' en 'een thematisch koek- en drankmoment'.
Na elk deel volgt een interview met de kleuteronderwijzeres, waarin ze in eigen woorden belangrijke thema's binnen taalontwikkelend lesgeven aanhaalt:
-
een veilig en positief leerklimaat;
-
betrokkenheid;
-
taal al doende verwerven;
1
..~~1~MIMIOMI ~~~1~1~~1~
=
Luis-ter hoe het wa - ter kookt!
pan - ne - tje
Kij-ken naar het uur
•
kop - je thee.
-
•
kop - je thee,
Schenk ons nu een kop - je thee,
•
Schenk ons nu een kop - je thee
en drink
maar
Wa-ter in het pan -ne - tje
•
Pan-ne-tje op het vuur.
Deksel op het
/7:■
fl J
n
129
ZESENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
-
betekenisvolle taken;
-
spreekkansen;
-
taalvariatie;
-
correct taalaanbod;
-
gesprekssoorten.
In het afsluitend interview noemt de kleuteronderwijzeres drie pijlers van taalstimulering:
-
taalaanbod;
-
taalruimte; 3. taalfeedback.
3. Didactische tips
Met behulp van de kijkwijzer in het pakket kan je het principe van de flipped classroom toepassen, waarbij de studenten de vragen in de kijkwijzer thuis oplossen en de oplossingen in de les besproken worden. Het nadeel van deze techniek is dat je de kans mist om samen met de studenten de beelden te analyseren. Dat is niet onbelangrijk, aangezien van hen verwacht wordt dat ze hun klaspraktijk later goed kunnen waarnemen en erover kunnen reflecteren. Een alternatief is om het filmpje in vier delen in de les te tonen en bij elk deel andere aandachtspunten naar voren te brengen:
-
deel I:
Het eerste deel over het motiverend lesbegin zou ik vooraf laten gaan met een kennismaking met het 'doe-liedje'. De studenten kunnen dan eerst zelf nadenken hoe ze het 'doe-liedje' zouden inleiden alvorens ze zien hoe de juf het doet. Achteraf kunnen ze hun eigen ideeën vergelijken met het motiverend lesbegin uit het filmpje. Daarnaast vormt het eerste deel een goede aanleiding om het te hebben over `spreekruimte' en om het effect van verschillende soorten vragen te bespreken.
-
deel 2:
Nadat de studenten de taalstimulerende kracht van het 'doe-liedje' ervaren hebben in het tweede deel van het filmpje, kunnen ze de taalstimulerende kracht van andere activiteiten onderzoeken: een bewegingsles, een drama-activiteit... Door middel van concrete voorbeelden leren ze afwegen aan welke voorwaarden een activiteit moet voldoen om effectief te zijn op gebied van taalstimulering en hoe je een activiteit hiertoe kunt aanpassen.
-
deel 3:
De geleide waarneming is een goede aanleiding om het te hebben over woorden- schatuitbreiding. Welke stappen van 'de viertakt'2 worden gezet voor welke woor-
130
5. Lerarenopleiding Basisonderwijs
den? Daarnaast biedt deze activiteit waardevol beeldmateriaal om het te hebben over 'differentiatie'. Misschien heeft de juf in de filmpje hier wel enkele kansen gemist.
• deel 4:
Het winkelgesprek, ten slotte, doet nadenken over andere gesprekssoorten die een routineus karakter hebben, zoals telefoongesprekken, doktersvisites... Hoe krijgen de kleuters die gesprekssoorten het best onder de knie? In welke speelwerkplekken komen ze aan bod?
In de interviews hebben we vakjargon vermeden. Het is dan ook een goede oefening voor de studenten om de termen uit het theoretisch kader te verbinden met de uitleg in de interviews. Waar gaat het over taalaanbod, taalruimte, taalfeedback (Verhallen & Walst 2011)? Waar vinden we de drie cirkels van een krachtige taalleeromgeving (Van den Branden 2010)?
-
Caveat
Dit filmpje dient als introductie in taalontwikkelend lesgeven, maar pretendeert niet volledig te zijn. Het filmpje toont bijvoorbeeld alleen maar begeleide activiteiten en leert dus niet hoe je de interactie tussen de kleuters zelf kan verrijken. We geloven dat dit filmpje een interessante toevoeging is aan het bestaande beeldmateriaal dat als doel heeft om onze studenten te vormen tot taalkrachtige kleuteronderwijzers.
-
Beschikbaarheid
U kunt dit boeiende didactische materiaal bestellen tegen overschrijving van 11 euro (14 euro voor Nederland) op rekeningnummer 737-2251855-43 / IBAN BE66 7372 2518 5543 BIC KREDBEBB van Dorothea Van Hoyweghen. U stuurt tegelijk een mailtje met uw naam, uw e-mailadres, uw school of instelling en het aantal gewenste exemplaren naar dorothea.van.hoyweghen@skynet.be. U ontvangt nadien de dvd en het bijbehorende pakket met leidraad, kijkwijzer en opdrachten.
Referenties
Van den Branden, K. (2010). Handboek taalbeleid basisonderwijs. Leuven: Acco.
Verhallen, M. & R. Walst (2011). Taalontwikkeling op school. Handboek voor interactief taalonderwijs. Bussum: Coutinho.
5
131
ZESENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS
Noten
1 Een school die een hoge concentratie aan leerlingen heeft met een gelijkaardige etnische of sociale achtergrond. In de praktijk wordt de term `concentratieschoor vooral gebruikt voor scholen waarvan de meerderheid van de leerlingen van allochtone afkomst is.
2 De viertakt is een didactisch model dat leraren houvast biedt bij intentioneel woordenschatonderwijs. In de viertakt worden 4 stappen onderscheiden: 'voorbewerken', `semantiseren', 'consolideren' en 'controleren'.
Ronde 5
Alida Pierards (a), Petra Moolenaar (b), Dory Hofstede (c) & Els Moonen (d)
-
Xios Hogeschool, Hasselt
-
Fontys Pabo, Den Bosch
-
Hanzehogeschool, Groningen
-
Arteveldehogeschool, Gent Contact: alida.pierards@xios.be
p.molenaar@fontys.n1
t.e.hofstede@pl.hanze.n1
Prentenboeken in laagjes: literaire competentie in de opleiding kleuteronderwijs/onderbouw van de Pabo 1. De inspiratie
Het begon allemaal tijdens de 22ste conferentie 'Het Schoolvak Nederlands'. Barbara Linsen gaf er een workshop met als titel "Boekenknabbels als boekpromotie". Ze presenteerde er lesmaterialen die erop gericht waren studenten te laten proeven van boeken op een speelse, motiverende en leesbevorderende manier. Op die manier werden ze extra geprikkeld om boeken te ontdekken en er achteraf met hun leerlingen mee aan de slag te gaan. Heel wat deelnemers raakten geïnspireerd en met een aantal waren we ervan overtuigd dat een vertaalslag naar de opleiding voor toekomstige leerkrachten kleuteronderwijs wenselijk zou zijn.
Maar iedereen had het zo druk en het idee verdween naar de achtergrond, tot ik in de bibliotheek van Vosselaar in het tijdschrift Leesgoed bladerde en botste op een artikel van Coosje van der Pol over haar proefschrift Prentenboeken lezen als literatuur. Daarin
132