Project taalvak Nederlands. Het ontwikkelen van plastische verbaliteit of verbale plastiek bij leerlingen van de derde graad

Peter Verelst  ·  8ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands  ·  1994  ·  pagina 211 - 219

Recognized HTML document

Project taalvak Nederlands

Het ontwikkelen van plastische verbaliteit

of verbale plastiek bij leerlingen

van de derde graad

Peter Vereist

Literatuuronderwijs kan alleen maar zinvol zijn indien het aansluiting zoekt en vindt bij de leefwereld van de leerlingen. Aangezien zij in een beeldcultuur leven, is het aangewezen om van deze visuele cultuur te vertrekken en van daaruit aansluiting te zoeken met de literatuur. Op deze manier krijgen zij een groter cultureel platform, van waaruit zij dan gemakkelijker de stap kunnen zetten naar de geschreven vormen van kunst.

In twee projecten heb ik mijn stelling de afgelopen jaren aan de praktijk getoetst.

  1. Leerlingen van het vijfde jaar maakten zelf enkele Cobra-schilderijen en pop-art ready-mades, ze plaatsten daar door henzelf geschreven teksten naast en organiseerden een kunstveiling, waarop zij hun werk verkochten. Zo konden ze door hun eigen ervaring met de plastische kunsten de vaak hermetische wereld van de cobra's moeiteloos ontsluiten. Het project duurde drie maanden.

  2. Leerlingen van het zesde jaar maakten in het kader van het jaar Antwerpen 1993 op basis van schetsen van Panamarenko een vliegtuig van acht op vier meter uit hout en metaal. Ze zorgden zelf voor de financiering en de uitwerking ervan. Het project nam een volledig jaar in beslag en was voor heel wat leerlingen een initiatie in de wereld van de abstracte kunst. Voor leerlingen is het immers niet evident dat men een vliegtuig bouwt dat alleen maar de wens tot vliegen uitdrukt.

Deze projecten staan niet los van de leerinhouden van het vak Nederlands. Het ligt in mijn bedoeling om aan te tonen dat het aanvoelen van, het inzicht in of een ervaring met één kunst-discipline (plastische kunst) de drempel naar de andere (b.v. literatuur) verlaagt.

De projecten werden door privé-bedrijven gesponsord.

1 Het structureren van creativiteit

Het is noodzakelijk dat men bij het uitwerken van een project kan terugvallen op een duidelijke planning, die begeleider en leerlingen begrenst in ruimte en

Recognized HTML document

212   Peter Vereist

tijd, de creativiteit stuurt en de betrokkenen door gefaseerde succeservaringen motiveert. Niets is meer frustrerend voor leerlingen dan een leraar die zegt: "Wees nu allemaal eens lekker creatief met mijn leerstof !"

Bij het uitwerken van mijn planning val ik regelmatig terug op enkele principes uit de marketingwereld. In figuur 1 vindt de lezer een overzicht van de basisingrediënten van elk marketingplan. Dit plan zal ik tijdens mijn exposé volgen.

Figuur 1. Het marketingplanningsproces.

2 Situatie-analyse: waar vandaan, waarheen, waarom?

2.1 Beginsituatie : waar vandaan ?

De 24 leerlingen die betrokken waren bij het project, volgden een opleiding Wetenschappen B in de derde graad moderne humaniora aan het St.-Jan Berchmanscollege te Westmalie. Het waren helaas allemaal jongens...

1. Situatie-analyse
= vanwaar, waar, waarom?

2. Marketingdoelstellingen
= waar naartoe?

3. Marketingstrategie
= hoe?

  1. Marketing(actie)plannen = wie, wat, wanneer?

  2. Implementatie + controle = OK?

Recognized HTML document
 
 

Plastische verbaliteit of verbale plastiek bij leerlingen van de derde graad   213

In een school die de hele waaier van klassieke humaniorarichtingen aanbiedt, krijg je een sterke differentiatie op het gebied van aanvangsniveaus en interessesferen. In onze school was Wetenschappen B een richting met joviale leerlingen, met een matige interesse voor cultuur en literatuur. Als adepten van de beeldcultuur hadden zij het vaak moeilijk met abstracte kunst.

2.2 Waar willen we naartoe?

Het gewilde eindprodukt is uiteraard niet de plastische output van het project maar de attitudeverandering van de leerlingen. Zij mogen in feite niet geëvalueerd worden op basis van het eindprodukt; dat moet gebeuren op het hele proces, wat door directies vaak niet begrepen wordt.

De einddoelstelling is eigenlijk het creëren van een persoonlijk referentiekader voor leerlingen m.b.t. kunst en literatuur en dit op basis van concrete ervaringen met verschillende kunstdisciplines.

2.3 Hoe geraken we daar?

Tijdens het project kunnen de leerlingen kennismaken met de spanning en de complexiteit van het creatief proces.

2.4 Waarom?

Het project is dus geen doel op zich. Het is een middel om de echte doelstelling te bereiken : contact met leerlingen, affiniteit met hun leefwereld, en omgekeerd.

Waarom binnen het vak Nederlands ? Omdat een project van dit formaat de basisvaardigheden van de leerlingen enorm aanscherpt. Het geeft aanleiding tot echte communicatie met directeurs, kunstenaars, sponsors, journalisten, enz. Bekijk hiervoor het sociogram van het Panamarenko-project (figuur 2). Alle communicatieve facetten komen aan bod; het schrijven van gedichten, rapporten, kranteartikelen, brieven aan ouders en potentiële sponsors, het organiseren van vergaderingen, het telefoneren naar sponsors enz.

Dit zijn vrij algemene doelstellingen, die interessant zijn als output voor de leraar Nederlands. De leerlingen hebben behoefte aan concretere doelstellingen, die geformuleerd worden in de marketingdoelstellingen.

Recognized HTML document

214   Peter Vereist

Figuur 2. Communicatieplan Panamarenko.

3 Marketingdoelstellingen

Een marketingdoelstelling gaat ervan uit dat men met een duidelijk bepaald budget een produkt (of een dienst) ontwikkelt dat (die) een behoefte bevredigt van een potentiële klant.

Het budget voor het Cobra- en pop-art project bedroeg slechts 6.000 frank, door de leerlingen zelf ingebracht. Voor dit project werd uiteindelijk een soort expositie georganiseerd tijdens de St.-Jansfeesten, en toen werden de meeste panelen verkocht. De leerlingen voerden de verkoopgesprekken zelf. Nogal wat notariswoningen, tandartspraktijken en directiekantoren kregen een creatief tintje dankzij dit project.

Het Panamarenko-project kaderde in een geheel van activiteiten die in de school georganiseerd werden rond het jaar Antwerpen '93. De opbrengst van het vorige project bedroeg uiteindelijk 10.000 frank. Dat was meteen ook het aanvangsbudget van het Panamarenko-project.

Van bij de aanvang werd er contact onderhouden met de organisatie van Antwerpen '93. Het doel was een expositie te organiseren in het kader van Antwerpen '93 in een door die organisatie verzorgde ruimte. Uiteindelijk werd het een expositie in de ontvangsthal van St.-Jan. Later zou het vliegtuig eventueel verkocht worden aan een privé-instelling.

Recognized HTML document

Plastische verbaliteit of verbale plastiek bij leerlingen van de derde graad   215

4 Marketingstrategie

Wat volgt is een beschrijving van de projecten zelf In beide projecten werd ongeveer hetzelfde patroon gevolgd (zie figuur 3). Misschien moet ik toch even opmerken dat beide projecten werden ontwikkeld buiten de lesuren !

Figuur 3

Beeldvorming
Confrontatie
Verwerking groepswerk
Verslag
Teksten
Workshop

Eerst werden de leerlingen geconfronteerd met beeld- en klankmateriaal (bekijken van diareeks over Cobra, video rond pop-art, kunstboeken over en van Panamarenko, beluisteren van enkele jazzfragmenten). De leerlingen geven impressies, schrijven die op, wisselen ze uit. Ze trachten het aangeboden materiaal te plaatsen in het voorlopig bijna lege referentiekader.

De leraar geeft hier nog nauwelijks informatie. De leerlingen krijgen dan de opdracht om in kleine groepjes thuis het ontbrekende maatschappijbeeld van de jaren '50-'60 en '70-'80 zelf uit te pluizen. Zij brengen na een week research verslag uit voor de klas. Deze opdracht kan eventueel in samenwerking met de leraar geschiedenis gebeuren. De leraar kan zelf een aantal secundaire teksten aanbieden waarop de leerlingen kunnen werken.

Het is mogelijk dat enkele leerlingen de eerder geprojecteerde werken van Lucebert, Claus, Appel bespreken.

Intussen krijgen de leerlingen bloemlezingen met Cobra, pop-art literatuur en het wetenschappelijk werk van Panamarenko aangeboden. De leraar bespreekt de aangeboden teksten en tracht zoveel mogelijk te verwijzen naar andere plastische kunsten. Tegelijkertijd beginnen de werkwinkels te lopen.

Voor de uitwerking van de workshops kijken we naar de marketingactieplannen.

Recognized HTML document

216   Peter Vereist

5 Marketingactieplannen

5.1 Cobra en pop-art

Voor de Cobra-werkwinkel werd vertrokken van enkele thema's die ook aan bod kwamen in de poëziebundel. Sommigen kozen een bepaald gedicht om mee te werken, anderen vertrokken vanuit de abstractie van het thema zelf. Thema's waren b.v. oorlog, verlies van geloof, anarchie, amputatie, verval, agressie, opstand, heropstanding, tabula rasa enz.

Eerst kregen de leerlingen opdracht om op karton te experimenteren met restjes olieverf uit de kelder. Dit is noodzakelijk om wat durf aan te kweken. Veel leerlingen beginnen nl. kleinschalig en allegorisch te werken, wat uiteraard niet de bedoeling is. De archetypische stijl van Cobra laat zich niet vangen onder het allegorische hoedje van de ratio. De leerlingen moeten hun onderbewuste laten werken. Geef ze daarom geen borstels maar laat ze met plastic handschoenen werken, zodat ze het materiaal leren kennen.

Als materiaal werden verder grote triplexplaten gebruikt, die eerst met een witte onderlaag bedekt werden. Het is een goedkoop en uitstekend vervangmiddel voor doek.

Diareeks Cobra:

Dia's 1 en 2. Thema: dood en vergankelijkheid.

Gedicht (retroprojector): Ik voel een donkere kracht... (leerlingen).

Dia's 3 en 4. Thema: kinder-tijd.

Gedicht: Het meedogenloos getik van een horloge... Dia 5. Thema: grenservaring.

Gedicht: Elk levend wezen gaat anders.

Dia's 6 en 10. Thema: de vier natuurelementen. Gedicht: Moeder van H. Claus.

Dia's 7, 8 en 9. Thema: tabula rasa. Gedicht: Ga naar beneden.

Dia 11. Slot: klasbeeld.

Gedicht: De weg, de bekende weg...

In de pop-art werkwinkel werd eerst de projectietechniek van Roy Lichtenstein

ingeoefend. Roy projecteerde dia's van stripverhaalfragmenten op levensgrote doeken en kleurde deze dan minutieus in. Een andere groep leerlingen gebruikte

liever de ready-made techniek. Ze gebruikten de overschotjes van het Cobra-project en recycleerden zo hun eigen kunstwerk.

Dia 12: recyclagestort.

Dia's 12 tot 16: Christus (ready-made). Gedicht: Is dit geen Chistusbeeld? Dia's 17 en 18.

Gedicht: Simplicity van Cees Buddingh. Dia's 19 en 20.

Gedicht: Poëzie van Herman De Coninck.

Recognized HTML document

Plastische verbaliteit of verbale plastiek bij leerlingen van de derde graad   217

Dia 21. Tekst: zie dia.

Dia 22: Onafgewerkt.

Teksten bij de dia's

Elk levend wezen gaat anders,

zeer anders, dan wij

wonden worden terug opengereten, traag, zoals een bot slagzwaard iemand

probeert te onthoofden, lange

tijdseenheden vertellen meestal de waarheid, zo zuiver en krachtig

als een waterval zonder schuim

golven van smerigheid,

over woorden zonder bodem.

Ga naar beneden van de rots,

die zo zwaar is als as van een verbrande tak probeer je te bewegen maar het lukt me niet. Stofwolken krassen droog voorbij als de wind ga in de put van je proberen

en kijk of je de zekerheid vindt

Om te bewegen

je hebt tijd nodig, veel,

omdat ze je zullen hinderen.

Water stroomt altijd naar beneden, maar dit valt als een blok

in de doos van het zoveelste speelgoed van een kind. Kijk naar de ogen

van dit kind en je vindt de zekerheid.

De weg, de bekende weg, de enige stof die je gebruikt,

om te komen waar je van droomt,

zoals een kind droomt van een held te zijn,

proberen om er te komen, je moet proberen,

zoals een jongen probeert geld te stelen van bekenden.

Tijd gaat voorbij, je vliegt door heldere, witte wolken

waar je niets door kunt zien. Je bent slim en valt,

maar als je geen vleugels hebt

is het moeilijk om weer boven te komen.

Eens zal een val fataal zijn, en dat is de grens

tussen "normaal" zijn en gek worden.

Ik voel donkere kracht, bijna woede.

Ik zie mooie kracht,

bijna aantrekkingskracht.

Recognized HTML document

218   Peter Vereist

Ik val van een rots,

diep, diep in een put van zwartheid,

waarin ik tot mezelf kom.

Ik weet het, mijn tijd is bijna gekomen

om op te staan en te doen.

Je stapt van blauw in het zwarte

niet voor niets, nee, het moet.

Ik zie een wirwar van draden

die me verhinderen van te kijken

naar hoe men iemand beoordeelt.

Ik hoor lichten

die niet meer bewegen wanneer ik erin zie.

Ronde lichten van een diepe kleur.

Ze wachten tot ik kom,

ik verlang tot ze terug beginnen

te bewegen.

Ik steun op niets en het is stil,

het enige wat nu te horen is,

zijn de lichten.

Je hoort ze schuiven.

Ik weet het, mijn tijd is gekomen,

ik stap over.

Het meedogenloos getik van een horloge, kent geen genade.

Rood bloed stroomt

door de jonge frisheid van het leven. Het is eigenlijk een belofte,

die nooit zal uitkomen.

Het bloed zal stromen,

het zal zwart worden en stollen.

Glinstering van de zon,

een kloof waar gezonde wind door waait, en stof meedraagt,

naar de andere kant.

Het stof zal iets vormen, zoals een onwetend kind een zandkasteel maakt

van glinsteringen in de zon.

Poëzie

Herman de Coninck

Niet Alice in wonderland,

maar Alice net terug: is dit weer

een nieuw wonderland? Nee, dit is gewoon,

na lange afwezigheid, de werkelijkheid. Was ook de politiek maar zo; dit in de realiteit aankomen als in een ouwe fermette en zeggen: dit is een dragende muur, die laten we staan, die en die muren moeten weg, daar komen grote ruimtes.

Recognized HTML document

Plastische verbaliteit of verbale plastiek bij leerlingen van de derde graad   219

Simplicity

C. Buddingh

Men aarzelt te zeggen de stoel

staat in de kamer

de tafel

staat naast de stoel op de tafel

ligt vaders pijp moeder zit in een stoel naast de kachel en de kinderen spelen in de tuin met de hond.

Toch als men daarvan uitging was het geen slecht begin.

5.2 Panamarenko

Voor het Panamarenko-project werd vertrokken van een tekst van W.F. Hermans : De nieuwe natuur. Dit essay behandelt de fundamentele vervreemding van

de mens ten aanzien van de hem omringende artificiële cultuur. Een mens ge-

bruikt een vliegtuig maar weet niet hoe het werkt.

De leerlingen werden dan geconfronteerd met de schriftuur van Panamarenko.

De plannen om een dergelijk tuig te bouwen werden geconcretiseerd in enkele informele vergaderingen. Sponsors werden gezocht en gevonden en de werken konden beginnen. De nadruk lag in dit project niet op het literaire aspect van Panamarenko's werk maar op de ontplooiing van situaties waarin leerlingen gedwongen werden hun communicatieve vaardigheden te ontwikkelen.

Het project nam ongeveer een compleet schooljaar in beslag. De leerlingen stelden er een verslag van op. Uit een reeks foto's is de evolutie van het project af

te lezen.

Labels

doelgroep
NT1-leerlingen
domein
literatuuronderwijs
taal bij andere vakken
land
Belgiƫ
onderwijstype
voortgezet/secundair onderwijs

Dit artikel is onderdeel van

Onderdeel van

8ste Conferentie Het Schoolvak Nederlands · 1994